TracesOfWar heeft uw hulp nodig! Elke euro die u bijdraagt steunt enorm in het voortbestaan van deze website. Ga naar stiwot.nl en doneer!

Inleiding

    Na de drie schepen in de Maracaibo-klasse, werden drie schepen speciaal gebouwd als Landing Ship Tank binnen het LST(1)-Type. Het primaire doel was om door een specifiek ontwerp te maken, een hogere snelheid te bereiken. De ontwikkeling en de bouw van deze schepen duurde zo lang dat toen ze gereed waren in de Verenigde Staten al een nieuwe reeks LST(2)-Type landingsschepen gereed waren gekomen. Het is dan ook bij deze drie schepen in de Boxer-klasse gebleven.

    Schepen in deze klasse


    HMS Thruster, 1943 Bron: Imperial War Museum FL 9083
    Naam:
    Gegevens:
    HMS Boxer (F121)
    6 maart 1941: besteld
    31 juli 1941: kiellegging
    12 december 1942: tewaterlating
    1 mei 1943: afgebouwd
    10 april 1943: in dienst gesteld
    1958: gesloopt
    HMS Bruiser (F127)
    6 maart 1941: besteld
    ?: kiellegging
    24 oktober 1942: tewaterlating
    2 april 1943: afgebouwd
    12 maart 1943: in dienst gesteld
    1946: uit dienst genomen
    1946: verkocht voor koopvaardij
    1968: gesloopt
    HMS Thruster (F131)
    6 maart 1941: besteld
    31 juli 1941: kiellegging
    24 september 1942: tewatergelaten
    28 januari 1943: afgebouwd
    14 maart 1943: in dienst gesteld
    1947: uit dienst genomen Royal Navy
    1947: in dienst genomen Koninklijke Marine
    Accommodatievaartuig Hr. Ms. Pelikaan
    1950: Hr. Ms. Pelikaan (A830)
    1973: uit dienst genomen

    Geschiedenis

    Met de ervaringen opgedaan bij de verbouwing van de Lake Maracaibo olietankers tot de Maracaibo-klasse, werden drie Landing Ship Tank gebouwd die speciaal voor dat doel waren ontworpen. De drie schepen werden gerangschikt in de Boxer-klasse en werden eveneens ondergebracht binnen de zogenaamde LST(1)-Type of ook wel LST Mk.1-Type.[1]

    Ondanks dat deze schepen specifiek waren gebouwd voor het doel om voertuigen en tanks aan een strand te kunnen brengen, lukte het niet om schepen te bouwen met voldoende kleine diepgang. Om de schepen toch te kunnen inzetten voor dit doel werd achter de boegdeuren een lange helling aangebracht om voldoende afstand te kunnen overbruggen.[2]

    De bouw van deze drie schepen duurde dusdanig lang dat tegen de tijd dat de schepen gereed waren, in de Verenigde Staten de eerste schepen van de opvolgers in de LST(2)-Type, ook wel aangeduid als LST Mk.2-Type, ook al van stapel liepen. Deze nieuwe schepen waren veel geschikter voor hun rol en konden veel sneller worden gebouwd. Ondanks dat was voorgenomen om in de Verenigde Staten nog eens zeven schepen in deze reeks te bouwen, werd hiervan afgezien ten gunste van de LST(2)-Type.

    De drie schepen in de klasse, HMS Boxer (F121), HMS Bruiser (F127) en HMS Thruster (F131), alle drie gebouwd door Harland & Wolff in Belfast, werden wel in dienst genomen en volop voor hun doel gebruikt. De schepen werden in 1944 verbouwd tot Fighter Direction Ship en in deze hoedanigheid ingezet bij de invasie van Normandië, Operatie Overlord.[3] HMS Thruster werd na de Tweede Wereldoorlog verkocht aan Nederland waar het eerst als accommodatieschip en later als bevoorradingsschip Hr. Ms. Pelikaan (A830) werd ingezet. HMS Bruiser werd na de oorlog verkocht en als vrachtvaarder ingezet. HMS Boxer werd bij de Royal Navy pas in 1956 van de operationele lijsten afgevoerd en in 1958 gesloopt.[4]


    HMS Boxer als Fighter Direction Ship Bron: Imperial War Museum A 30563

    Definitielijst

    invasie
    Gewapende inval.
    Operatie Overlord
    De overkoepelende strategische planning voor de Geallieerde landing op de Normandische kust in juni 1944 t/m 90 dagen na D-Day.

    Technische gegevens

     Klasse: Boxer-klasse
     Aantal in klasse:
    3
     Land:
    Groot-Brittannië
     Type:
    Landing Ship Tanks
    LST(1)-Type ook wel LST Mk.1-Type
     Waterverplaatsing:
    3.620 lt (3.678 t) standaard
    5.410 lt (5.497 t) volledig beladen
     Lengte:
    120 meter
     Breedte:
    15 meter
     Diepgang:
    4,42 meter
     Aandrijving:
    Stoomturbines
    2 schachten
    7.000 shp (5.200 kW)
     Snelheid:
    18 knopen (33 km/h) landingssnelheid
    16,5 knopen (30,6 km/h) kruissnelheid
     Bereik:
    17.000 km (bij 14 knopen)
     Bewapening:
    4x QF 2-pdr
    8x 20 mm Oerlikon geschut
    2x 4-inch rookmortieren
     Lading:
    13 Churchill tanks of
    20 middelzware tanks
    en 27 voertuigen op bovendek
    193 manschappen
     Bemanning:
    169

    Noten

    1. Lenton, 1968), pag. 577
    2. Rottman, 2012, pag 5-6
    3. Brown, 2000 pag. 142-143
    4. Brown, 1995, pag. 75

    Informatie

    Artikel door:
    Wilco Vermeer
    Geplaatst op:
    23-09-2021
    Laatst gewijzigd:
    12-10-2022
    Feedback?
    Stuur het in!

    Gerelateerde boeken

    Landing Ship, Tank (LST) 1942–2002