TracesOfWar heeft uw hulp nodig! Elke euro die u bijdraagt steunt enorm in het voortbestaan van deze website. Ga naar stiwot.nl en doneer!

Voorwoord

    De slag om Arnhem – en de beroemde brug te ver – is één van de bekendste slagen uit de Tweede Wereldoorlog geworden. Echter niet alleen bij de brug is slag geleverd. Ook in “onze” wijk Heijenoord hebben schermutselingen plaatsgevonden met dodelijke afloop, zowel aan Britse als aan Duitse zijde. Bijgaand het verhaal over twee Britten die gesneuveld zijn op de Heijenoordseweg.

    Deze korte geschiedenis is ontstaan nadat ondergetekende zich omstreeks 2002 herinnerde dat er nabij het huis van zijn ouders te Arnhem, gedurende de slag om Arnhem in september 1944, enige gevechten hadden plaatsgevonden tussen Duitsers en Britse parachutisten. Hierbij zijn aan beide kanten slachtoffers gevallen. Aan Britse zijde waren dit George Bowers en Robert Thompson. De gevallenen van Duitse zijde zijn, noch bij naam, noch bij aantal, bekend.

    De Duitsers haalden met een vrachtauto hun slachtoffers op, maar wilden de Britten niet meenemen. Deze werden daarom door enkele buurmannen begraven aan de rand van een voormalig volkstuincomplex aan de Callunastraat, waar tegenwoordig een speeltuin is.

    Na in 1965 uit Arnhem vertrokken te zijn, kwam ik in 2000 terug in het Gelderse en vroeg mij af of te achterhalen zou zijn wie die Britse soldaten geweest waren en of het mogelijk zou zijn met hun nabestaanden contact te krijgen. Ik besloot informatie in te winnen bij het Airborne Museum in Oosterbeek waar de heer Wybo Boersma me wees me op de "Roll of Honour". In dit boek de staan de gesneuvelden vermeld met de plaats waar ze voorheen "field buried", voorlopig begraven, waren geweest.

    Na aanschaf van de "Roll" begon ik thuis te turven. De gesneuvelden staan hierin alfabetisch gerangschikt per sneuveldatum. Op blz. 81 vond ik de namen van George Bowers en Robert Thompson, "Field buried", veldgraf naast de Callunastraat. Zij werden herbegraven in Oosterbeek, graf nummers 28-C-9 en 28-C-10.

    Dit eenmaal wetende ben ik verder gaan zoeken. In het verloop van die zoektocht zijn diverse onverwachte maar interessante aspecten aan de orde gekomen. Op de volgende pagina’s is daar verslag van gegeven.

    Rudolf Jongman

    Afbeeldingen

    Robert Thompson, één van de gesneuvelde Britse parachutisten waarover dit artikel gaat.

    Schaduwen vooruit?

    Op vrijdag 15 september 1944 belden twee Duitse tanksoldaten van de 9. SS Division Hohenstaufen aan op nr. 71 aan de Callunastraat waar de familie Gerstmeyer woonde en vroegen om een kop (surrogaat)koffie. Mevrouw Gerstmeyer schrok erg maar gaf de twee een kop en vroeg waarom ze niet in de kazerne verbleven. Waarschijnlijk werd hier bedoeld de kazerne op het Willemsplein, waar nu de fontein is. De mannen antwoordden dat het veiliger was te overnachten in of bij hun tank die onder de hoge loofbomen aan de Heyenoordseweg vanuit de lucht niet of moeilijk zichtbaar was voor geallieerde verkenningsvliegtuigen. De kazerne zou gemakkelijk gebombardeerd kunnen worden, zeiden de mannen. De volgende dag, zondag 17 september, werd de kazerne inderdaad gebombardeerd.

    Vader Gerstmeyer werkte bij de Spoorwegen en was aan het werk in Wolfheze toen het inleidend bombardement plaatsvond op het psychiatrisch ziekenhuis aldaar. Met zijn collega’s had hij langs de spoorbaan een goed heenkomen gezocht richting Arnhem en dat gelukkig ook gevonden.

    Gedurende die tijd huisden Duitsers in de niet meer bestaande Villa Heyenoord waar nu Kleuterzorg gevestigd is. Een, gezien zijn uniform, hoge Duitse Militair ging regelmatig op zondagochtend een blokje om. Als het mooi weer was zaten mijn ouwelui in de tuin van hun huis op Heyenoordseweg nr. 100. Mijn moeder vertelde me dat die officier dan vriendelijk goedendag knikte. De reactie zal niet echt hartelijk zijn geweest... Of dit op de 17e september ook gebeurde vermeldt mijn herinnering niet.

    In Engeland wachtten de Airborne-troepen al enige tijd op het groene licht. Er waren al een aantal geplande acties afgelast. Misschien had José Thompson, toen 7 jaar, in die dagen voor de laatste keer bij haar vader achterop de motorfiets een ritje gemaakt. Ze kan zich haar vader mede hierdoor nog heel goed herinneren. Haar broer Jeffrey Thompson is jonger en herinnert zich zijn vader helemaal niet.

    Op de ochtend van 17 september veranderen de zaken ingrijpend: er kwamen een aantal geallieerde vliegtuigen over en ze wierpen rode en witte biljetten uit. Mijn broer, nog geen zes jaar, kon nog niet lezen, maar bovendien waren oudere knapen handiger en sneller, en hij kon er geen bemachtigen. De inhoud van die pamfletten is mij niet bekend.

    Dan, rond 13:00 uur landde het 7th Battalion The King’s Own Scottish Borderers ten noordwesten van Wolfheze. De Slag om Arnhem was begonnen.

    Op dat moment waren de sergeanten George Bowers en Robert “Tommo” Thompson, para’s van het 11th Battalion, waarschijnlijk al op de vliegbasis Saltby, vanwaar zij de volgende dag zouden vertrekken naar Arnhem om aan de strijd aldaar te gaan deelnemen. Helaas werd het, net als voor vele anderen, hun laatste reis.

    Op maandag 18 september vertrok de 4th Parachute Brigade, waartoe het 11th Battalion behoorde, vanaf Saltby naar Arnhem. Rond 15:00 uur werden de para’s boven de Ginkelse Heide afgeworpen uit niet minder dan 121 Dakota’s.

    Definitielijst

    Brigade
    Bestond meestal uit twee of meer Regimenten. Kon onafhankelijk of als een deel van een Divisie dienen. Soms waren ze deel van een Korps in plaats van een Divisie. In theorie bestond een Brigade uit 5.000 - 7.000 man.
    surrogaat
    Letterlijk: Vervangingsmiddel. Wegens schaarste aan grondstoffen werden tijdens WO II diverse surrogaat producten verkocht. Surrogaatkoffie is een voorbeeld van een product dat aangeboden werd i.p.v. echte koffie.

    Vanaf de Ginkelse Heide naar Arnhem

    Het 11th Battalion werd gedropt in de zuidoosthoek van de Ginkelse Heide. Na de landing werd de opdracht gegeven dat het 11th Battalion zo spoedig mogelijk zou optrekken naar Arnhem. De route ging via de spoorlijn Utrecht-Arnhem, via Wolfheze, en bereikte het Onderlangs in Arnhem, waar slag werd geleverd. Pogingen om door te breken naar de Rijnbrug mislukten. Uiteindelijk werden ze terug gedreven naar de westelijke buitenwijk Lombok van Arnhem.

    Op verzoek van Jeff Thompson, de zoon van de gesneuvelde Robert Thompson, had een oud-strijdmakker van zijn vader van die dagen, Joe Berry, zijn herinneringen aan de gebeurtenissen van 19 september 1944 in briefvorm voor Jeff op papier gezet. Van Jeff heb ik een kopie gekregen van die brief (zie bijlage) en daaruit blijkt dat er vanaf Lombok toch een aantal para’s, ingevolge de opdracht van generaal Urquhart, geprobeerd heeft om de spoorlijn over te steken en het gebied Heyenoord-Diependaal te bereiken en te bezetten.

    Uit die brief enige verkorte citaten:

    “Toen we Arnhem binnenkwamen en niet verder konden door de gevechten voor ons, kwam de order dat we over het spoor moesten gaan om contact te proberen te maken met het 10th Battalion dat in het noorden Arnhem binnen trachtte te komen.

    Toen de kop van het bataljon de (Oranje)brug over het spoor opging, kwamen ze onder vuur van de vijand vanaf de andere kant. (Mogelijk de Tormentilstraat. RJ)

    We kwamen op de tegenoverliggende helling van het spoorwegtalud. (Wat ter plaatse naar schatting zo’n 20 meter diep is. RJ) Toen staken Sgt. Bowers en twee anderen de spoorweg over... en namen in een paar seconden twee Duitsers gevangen in een loopgraaf. De vijand opende het vuur op Sgt. Bowers en zijn metgezellen en we zagen ze wegduiken. De Duitsers maakten aanstalten weg te lopen dus schoten we ze neer.

    Een groepje van ons met Sgt. Thompson stak de spoorlijn over om Bowers en de twee anderen indien mogelijk te redden. Sommigen bezetten de loopgraaf, maar “Tommo” wilde uitvinden wat er met Sgt. Bowers was gebeurd. Deze had zich vanuit het talud op de Heyenoordseweg begeven.

    We liepen langs de rand van het spoorweg talud. Tommo, ikzelf en twee anderen konden iemand duidelijk horen praten. Je vader was er zeker van dat het George was. Naar mijn mening was het een van de Duitsers, maar niemand kon je vader daarvan overtuigen.

    We wisten dat over de rand van het talud gaan vijandelijk vuur zou uitlokken. Ik pleitte er bij Tommo voor om op te geven, maar hij bleef onvermurwbaar. Hij moet over de rand van het talud hebben gekeken en kwam naar beneden gerold in het talud en ademde niet meer. Ik kon niets meer doen en was bovendien aan de verkeerde kant van het talud.”

    Tot zover fragmenten uit de brief van Joe Berry, die helaas in 2004 op 84-jarige leeftijd is overleden. Zie ook de originele brief in het Engels als bijlage.

    De Duitsers hadden, in hun snelle reactie, de buurt ten noorden van de spoorweg zoveel mogelijk afgegrendeld. Hiertoe bevond zich geschut bij diverse plaatsen aan de Noordelijke Parallelweg, maar ook bij de ingang van Mariëndaal naast het huisje wat daar staat. Vroeger was er naast dat huisje een waterput waarop de Duitsers een mitrailleur opgesteld hadden. Aangezien de bomen bij de Heijenoordseweg langs het spoor toen nog laag waren, evenals het struikgewas, hadden de Duitsers dus een goed uitzicht op Lombok, en werd er op alles geschoten wat daar bewoog.

    Gebaseerd op twee ooggetuigenverslagen, resp. van Jan Gerstmeyer en Paul Jongman, beiden toen nog net geen 6 jaar, lagen in de achtertuin van het woonhuis nummer 86 op de Heyenoordseweg de lichamen van twee gesneuvelden, één Engelsman en één Duitser. De Engelsman zou Bowers kunnen zijn geweest.

    Op de 19e september, toen dit alles plaatsvond, werd ook vanaf “het zuiden” heftig over Heyenoord heen met Flak-afweergeschut gevuurd. De familie Wiesenfeld, woonachtig in het hoekhuis aan de noordkant van de Callunastraat, voelden zich daar, open en bloot richting het westen waar gevochten werd, niet veilig. Het speeltuingebouwtje stond er toen nog niet. Zij vluchtten naar de overkant in het rijtjeshuis van de Gerstmeyers en toen het schieten erg angstaanjagend werd ging men met zovelen als mogelijk op de WC zitten, onder de trap gelegen en dus een veiligere plek.

    Aan de Heyenoordseweg 100 kreeg de familie Jongman signalen van de Duitse geschutsbemanning op de waterput bij het huisje ertegenover. Ze gebaarden dat men naar boven moest gaan en zo geschiedde. De ouwelui en broers zijn op bed gaan liggen om zodoende een minder grote kans te hebben geraakt te worden.

    Na afloop van de gevechten op 19 september werden de Duitse slachtoffers opgehaald en de twee Engelsen, Bowers en Thompson, door een aantal buurmannen, waaronder Gerstmeyer, Stam en Jongman, begraven. Anderen zijn mij niet bekend maar kunnen er natuurlijk ook geweest zijn.

    Kort daarop verordonneerde de bezetter de evacuatie en de buurtbewoners konden pas in mei 1945 in hun inmiddels grondig geplunderde huizen terugkeren.

    Definitielijst

    Flak
    Flieger/ Flugzeug Abwehr Kanone. Duits luchtafweergeschut.
    mitrailleur
    Machinegeweer, een automatisch, zwaar snelvuurwapen.

    Afbeeldingen

    Blik in het talud, beter bekend als de spoorberg. Om of nabij deze plek is waarschijnlijk Thompson gesneuveld.
    Vanaf de positie waar bovenstaande foto is genomen, 180 graden de andere kant op, Heijenoordseweg. De Duitse schutter moet ongeveer vanaf het blauwe bushuisje geschoten hebben.
    Nogmaals de spoorberg, op de achtergrond is de Koepelgevangenis zichtbaar.
    De locatie waar Bowers en Thompson door de buurtbewoners “field buried” zijn geweest. Voorheen was hier een moestuin. Later is hier een speeltuin gekomen, waar het hek op de foto omheen staat.

    Feiten op een rijtje

    Nu een misschien wat ongebruikelijke benadering van dit onderwerp:

    Rekent men dat de para’s die van Saltby vertrokken op maandag de 18e om circa 7:00 uur zijn opgestaan en om 15:00 uur op de Ginkelse Heide geland zijn na een vlucht van zo’n 3 uren, gebaseerd op de schatting van de Britse Colonel John Waddy tijdens een excursie op 19 april 2008 op diezelfde Ginkelse Heide, dan zijn deze militairen op de middag van 19 september tegen 13:00 uur ‘s middags al zo’n 30 uur lang in touw. Bovendien loopt onze tijd voor op de Engelse dus komt daar nog één uur bij.

    In de documentatie heb ik nergens ook maar een enkele indicatie aangetroffen omtrent persoonlijke verzorging, naar alle waarschijnlijkheid in die (oorlogs)tijden een minder geëvalueerd begrip als tegenwoordig. D.w.z.: vanaf 15:00 uur verplaatsen naar Arnhem zal toch gauw 3 uur in beslag genomen hebben, en het zal geen ontspannende zomerwandeling zijn geweest, al heette het dan dat het weer toch goed was. De vijand stond klaar om toe te slaan waar mogelijk. De poging om via het Onderlangs de Rijnbrug te ontzetten mislukte en het zal geen pretje zijn geweest om daarbij te zijn: heel wat gewonden en gesneuvelden. Het “verblijf” op Lombok was ook beangstigend. En zeker erg tegen de verwachtingen in.

    Van een mogelijkheid tot slapen zal nauwelijks sprake zijn geweest. Over de voedselsituatie is mij niets bekend. Natuurlijk waren de para’s goed getraind, maar na 30 of misschien wel tegen de 40 uren in oorlogsgebied zullen de mannen nauwelijks meer geheel in topconditie zijn geweest. Lieden met een meer militaire achtergrond als ik, denken hier echter anders over heb ik gemerkt! Hoe dan ook, het was een uitputtingsslag.

    Naschrift...

    Het was een interessante bezigheid om in deze materie te duiken. Zonder het te weten liep ik als kind vanaf mijn ouderlijk huis, waar het ooit gebeurde, via de Heyenoordseweg over de Oranjebrug naar de kleuterschool op Lombok nabij het huis op de Zwarteweg, waar generaal Urquart zich toen 15 uur verborgen heeft moeten houden. Wat daar niet allemaal gebeurd is! Maar goed dat je daar als kind geen weet van had!

    Mijn interesse werd later op de Pieter Reijenga school in Oosterbeek, naast het Airborne Museum, verder aangewakkerd. Natuurlijk mede omdat ik één van de vele kinderen was die op de Britse begraafplaats bij een herdenkingsdienst bloemen legde. Gedurende vele jaren hebben mijn vrouw en ik diverse buitenlandse geïnteresseerde collega’s rondgeleid en o.a. de Ginkelse heide laten zien, het museum en de begraafplaats.

    Gedurende diverse jaren kwam ik regelmatig voor mijn werk in Engeland en heb ik verscheidene malen zelf geconstateerd dat, wanneer ter sprake kwam dat ik geboren was in Arnhem, dit aanleiding gaf tot instemmende opmerkingen die van interesse getuigden.

    Het is verbazingwekkend dat als je naar dingen gaat zoeken je binnen niet al te veel tijd toch een hoop boven water kan krijgen. Opvallend was daarbij dat Engelse instanties, zoals bijvoorbeeld het Imperial War Museum en de Commonwealth Wargrave, weinig detailinformatie over dit aspect van de slag om Arnhem hebben.

    De kroon op het werk was toch de ontdekking van de oproep van Thompson jr. op een Engelse veteranensite. Hij vroeg daarin of er iemand was die wat kon vertellen over zijn vader. Bijna 64 jaar na datum is dat dan toch gelukt.

    Vanaf dat moment hebben wij intensief mailcontact en het was heel bijzonder om elkaar te ontmoeten, toen we in juni 2008 met de Vereniging Vrienden van het Airborne Museum Engeland bezochten en zoon Jeff met zijn zuster Jo en haar man bij aankomst in de bar van het Holiday Inn aantroffen.

    Uiteraard is Jeff uitgenodigd en ook zuster José en haar man hopen we een keer in Nederland te kunnen begroeten. Toch hebben wij een zeer verschillende insteek: zij hebben hun vader verloren, voor ons is het een interessante hobby. Hier hebben we over gepraat.

    Tenslotte: over Bowers kan helaas niet veel gezegd worden. Jeff, die jaren op zoek is geweest naar getuigenissen over zijn vader, heeft ook geprobeerd over Bowers informatie te verzamelen. Bowers en Thompson waren goede vrienden, dat wist hij wel. Voor zover bekend was Bowers niet getrouwd. Dat is helaas alles wat we over hem weten.

    Definitielijst

    Commonwealth
    Geheel van onafhankelijke staten rond Groot-Brittannië. Het kon bijvoorbeeld voorkomen dat er in een bommenwerper een Engelse piloot, Schotse co-piloot, navigator uit Wales, Noord-Ierse, Canadese, Zuid-Afrikaanse, Australische of Nieuw-Zeelandse boordschutters waren.

    Afbeeldingen

    Auteur en fotograaf van de andere foto's. Deze foto is op de Heijenoordseweg genomen, ongeveer 25 meter vanaf de plek waar Thompson om het leven kwam.

    Bijlage: brief van Joe Berry

    Havelock Road, Wimbledon

    Dear Mr Thompson,

    To start with your father was serving in the 3" Mortar Platoon. "S" Company. 11th Br. The para regiment.
    I first met him when I was posted to the platoon, he was then a Corporal and our instructor on the 9" Mortar. All the time I knew him he was a popular N.C.O. I never knew him put anybody on a charge. But would give you a good telling of in stead. He was always called Tommo back in England he was promoted sgt. When we got into Arnhem and was stopped from advancing any further by the fighting in fromt of us we were ordered to go north over the railway to try to contact the 10th Bn advancing into Arnhem over the north side of the railway.

    When the front of the column went to cross the railway bridge they came under fire from the enemy on the other side. We cut holes in a fence on the left hand side of the road into trees and got onto the Railway Embankment opposite by then. Sgt Bowers and two others had crossed the railway .... and had captured two Germans in a slit trench in a matter of seconds. The enemy opened fire on Sgt Bowers and who ever was with him and we see them go down. The two Germans went to walk away so we shot them.

    A group of us with Sgt Thompson went over the railway to rescue them if possible. Some occupied the enemy slit trench. But Tommo wanted to find out about Sgt Bowers. We moved along the corner of the embankments. Tommo, me and two other men to where we could hear someone talking coherently. Your Dad insisted that it was George. It was in my opinion one of the Germans. But nobody could persuade your Dad it was not Sgt Bowers.

    We know that to go over the embankment would fetch enemy fire on to you. Your Dad looked over the embankment and a shot rang out and he thought he had been hit but it was a piece of gravel thrown up by the bullet had hit him in the chest. The other two soldiers said We have had enough of this and went back. I pleaded with Tommo to give it up but he was still adamant. I turned around to get behind a bush to give him covering fire.

    He must have got up to look over the top of the embankment and he came rolling head over heels down to the bottom of the embankment without making a sound or trying to stop.
    I went down to him and patted his face and I could not hear or see him breathing. I went to the end of an old Railway Engine and shouted but I got no response. Everyone had returned back over the railway. I went back to Tommo again still no response. By then a fire fight was going across the Railway lines. There was nothing I could do and I was on the wrong side.
    Waited for a lull in the firing and made a break for it and just about made it. With an ankle wound from a spent piece of shrapnel I lasted another three days before I ended up with three bullet holes in me.

    I cannot think of anything else but if you have any questions don't hesitate to get back in touch with me.

    Yours sincerely,

    Joe Berry

    Definitielijst

    regiment
    Onderdeel van een divisie. Een divisie bestaat uit een aantal regimenten. Bij de landmacht van oudsher de benaming van de grootste organieke eenheid van één wapensoort.