"Even laat ik weten dat we weer 'ns op reis gaan. De reis gaat nu naar Dassel. We komen daar op 'n vrij kleine fabriek. Dassel is 'n gat. Het ligt bij Holzminden noordwest van Herzberg. Iets zuidoost van Bielefeld, 'n beetje dichter bij de grens. Op de rand van Westfalen. Vanmiddag om half drie gaan we er naar toe." Dat schreef Gerard Schampers op 26 mei 1943 naar huis. Hij had zich als student moeten melden voor de Arbeitseinsatz en was 6 mei 1943 uit Tilburg vertrokken. Dit is het verhaal van zijn reis naar Duitsland, waar hij anderhalf jaar zou blijven werken.
Op de achterkant van onderstaande foto staat: J.C. Lohmans, Breda, Rotterdam, Econ. Hij was een van de 22 Nederlandse studenten die weigerden de Duitse loyaliteitsverklaring te tekenen en daarom naar Duitsland werden gestuurd. Deze groep studenten belandde uiteindelijk in Dassel, waar ze in de Ruwo-fabriek werden tewerkgesteld.
Hieronder volgt een ingezonden bijdrage van auteur Lou Heynens. Als kenner van de Nederlandse adel onderzocht hij het precieze lot van de leden van de Nederlandse adel die omkwamen in Nederlands-Indië in de periode 1942-1949. Daaruit volgde dit overzicht dat tevens bedoeld is als eerbetoon.
Een historisch onderzoek naar de verkeerde datum op een grafsteen van een Amerikaanse soldaat.
Op zondag 8 oktober 1944 werden door Duitse bezetters in Sevenum 326 mannen (inwoners, evacués en onderduikers) gevangen genomen en naar Duitsland getransporteerd, om daar te verblijven in kampen en verplicht arbeid te verrichten op fabrieken. Een van deze gevangenen was Hendrik Baeten uit Sevenum.
Piet van Maris was 17 toen hij tijdens de Kerkrazzia's in Helden (Limburg) werd opgepakt. Hij werd naar Duitsland gestuurd om daar te gaan werken. Tijdens zijn verblijf in Duitsland hield hij aantekeningen bij die hij na de oorlog tot dit verhaal vormde. Het beschrijft de Kerkrazzia en de reis naar Duitsland. Zijn tewerkstelling in Rotenkirchen en Dassel en de uiteindelijke bevrijding in april 1945. Daarna volgde een lange weg terug naar huis.
Het is 14 mei 1943 als een trein vanuit Ommen richting Duitsland vertrekt. Aan boord Nederlandse studenten die de loyaliteitsverklaring van de Duitsers weigerden te tekenen. Met deze verklaring diende de student te beloven niets tegen de Duitse bezetter te ondernemen. Ruim 85% van de Nederlandse studenten weigerde. Wik de Leeuw was één van hen. Dit is zijn verhaal dat hij in 2006 optekende. Studenten uit Noord-Brabant dienden zich te melden in de Koning Willem II Kazerne in Tilburg. Van daaruit werden ze op de avond van 6 mei 1943 naar Kamp Erica in Ommen, Overijssel, getransporteerd. Via een paar omzwervingen kwam hij met 21 andere studenten op 26 mei 1943 in Dassel aan.
In maart 1943 werd er door de Duitsers de loyaliteitsverklaring ingevoerd. Met deze verklaring diende de student te beloven niets tegen de Duitse bezetter te ondernemen. Jannes Reiling weigerde te tekenen. Niet tekenen had als gevolg dat je voor studie werd uitgesloten en werkloos werd verklaard. Hierop volgde een oproep voor de Arbeitseinsatz in Duitsland. Jannes Rieling meldde zich en werd naar Kamp Erika in Ommen getransporteerd. Van daaruit vertrok men richting Duitsland waar Reiling met 21 andere studenten op 26 mei 1943 in Dassel aankwam. Reiling schreef in 1969 onderstaand verhaal over Kerstmis 1944.
Het verhaal van Edward Cornelius Martin Swart, een Air Gunner bij de Royal Air Force, die op 4 november 1944 bij een crash om het leven kwam en begraven ligt op de Oorlogsbegraafplaats van het Gemenebest Overloon in Nederland.
In dit artikel in de vorm van een interview worden de ervaringen van Anton Schwan als lid van de Kriegsmarine beschreven, beginnend met zijn opleiding tot rekruut in Breda, gevolgd door zijn opleiding tot torpedotechnicus in Duitsland. Na omzwervingen via Rotterdam en Kiel kwam hij onder meer terecht in het Noorse Kirkenes en in het Noord-Hollandse Velsen.
Door mijn onderzoek naar een Kriegsmarine opleidingseenheid in Breda (14 SstA) kwam ik in contact met vele Duitse veteranen. Hun ervaringen zijn divers, zowel voor als tijdens de oorlog. De meeste melden zich bij de marine met het idee ook te gaan varen, maar het kon ook voorkomen dat een matroos nooit kennismaakte met de woeste baren. Helmut Lemke is zo’n persoon. Hij meldde zich aan bij de marine, maar is altijd op het land gebleven. Dit artikel beschrijft hoofdzakelijk zijn ervaringen voorafgaand aan de diensttijd.
Gedurende de Tweede Wereldoorlog traden circa 25.000 Nederlanders vrijwillig toe tot de Waffen-SS. Daarnaast waren er nog circa 55.000 van de 100.000 in Nederland wonende ‘Rijksduitsers’ en ‘Volksduitsers’ die als Nederlands onderdaan vrijwillig of verplicht betrokken waren bij verschillende activiteiten van het naziregime. In dit artikel beschrijft Lou Heynens waarom zoveel Limburgse jongemannen in vreemde krijgsdienst traden.
Hoe een jong Drents meisje, samen met haar moeder lid van een Drentse verzetsgroep, wordt gearresteerd en door de knokploeg Noord Drenthe wordt bevrijd uit het Huis van Bewaring in Assen. Ze worden door de knokploeg bewust achtergelaten terwijl alle bevrijde mannen wel in veiligheid gebracht.
Emile Tielman werd op 5 februari 1916 geboren in Mojokerto, op het Indonesische eiland Java. Nadat de Tweede Wereldoorlog in augustus 1945 ook in Indonesië was beëindigd, ging Emile in 1946 naar Nederland om te herstellen van malaria en beri-beri. Dat jaar studeerde hij meteorologie en keerde in 1947 als meteoroloog terug naar Indonesië. Na zijn huwelijk, in 1960, emigreerde hij naar Amerika. Daar werd zijn dochter Ria geboren. Zij studeerde, samen met haar vriendin Roberta, Bobbi genaamd, aan de Drexel Universiteit.
Tijdens de Tweede Wereldoorlog werden door de oorlogvoerende landen pamfletten uitgestrooid boven Europa en Azië. Deze strooibiljetten dienden uiteraard voor propagandadoeleinden maar ook om de burgerbevolking van de bezette gebieden en van de vijandelijke landen van informatie over het verloop van de oorlog te voorzien.