De torpedobootjager Siroco werd in 1`923 besteld en de bouw begon in 1924. Pas in februari 1928 kon het schip in dienst worden gesteld. Tijdens de evacuatie bij Duinkerke nam het schip op 31 mei 1940 een groot aantal Franse militairen aan boord. Tijdens een poging van de kust weg te varen, werd de Siroco geraakt door torpedo's van Duitse Schnellboote en zonk.
Gebouwd
door: |
Kiel
gelegd: |
Te
waterlating: |
Aflevering: |
Einde: |
Ateliers et
Chantiers de Penhoët, Saint-Nazaire |
25 maart 1924 |
3 oktober 1925 |
1 juli 1927 |
31 mei 1940 (gezonken) |
Bouwnummer : ? |
||||
Indeling: |
Datum
in: |
Datum
uit: |
Gegevens: |
|
5 februari 1928 |
31 mei 1940 |
Siroco (1925), 2eme Flottille de Torpilleurs, Marine Nationale |
De Bourrasque-klasse (1924) torpedobootjager Siroco werd op 4 april 1923 besteld en de kiel werd op 15 maart 1924 gelegd aan de werf van Ateliers et Chantiers de Penhoët in Saint-Nazaire. Op 3 oktober 1925 werd het schip te water gelaten en op 1 juli 1927 was het gereed voor overdracht. Het zou nog tot 5 februari 1928 duren voordat het schip in actieve dienst gesteld kon worden.
Het schip had een lengte van 105,60 meter en een breedte van 9.70 meter. Met een standaard waterverplaatsing van 1.320 ton en een maximale waterverplaatsing van 1.825 ton, werd een gemiddelde diepgang bewerkstelligd van 3,50 meter. Twee geschakelde stoomturbines dreven elk een propellerschacht aan. De stoom hiervoor werd geleverd door drie du Temple boilers. Met een vermogen van 31.000 pk werd een topsnelheid van 33 knopen (61 km/u) behaald. Bij een volledige brandstofvoorraad en een kruissnelheid van 15 knopen (28 km/u) kon een afstand van 5.600 km worden afgelegd. De 162 bemanningsleden hadden de beschikking over een hoofdbewapening van vier stuks 130 mm geschut, elk in een enkele opstelling voorzien van een beschermingsschild. Als luchtafweergeschut beschikte men over een stuk 75 mm geschut. Twee torpedo installaties met elk drie 550 mm torpedolanceerbuizen en twee dieptebommenwerpers met zestien dieptebommen van 200 kg maakten de bewapening compleet. In 1931 werd het stuk 75 mm luchtafweer vervangen door twee stuks 37 mm / 60 luchtafweergeschut. Eind 1939, begin 1940 werden de 8 mm machinegeweren vervangen door dubbelloops (2x2) 13,2 mm machinegeweren. Door het verwijderen van één van de torpedolanceerinstallaties werd ruimte gemaakt voor de plaatsing van een stuk 25 mm luchtafweer en nog twee 13,2 mm machinegeweren.[1]
Het schip werd ingezet langs de Frans-Belgische kust ten tijde van de Duitse invasie in het westen in mei 1940. Op 11 mei werd het schip door een Duitse bom geraakt bij een luchtbombardement. De bom bleek echter een blindganger. Gedurende de daaropvolgende dagen werden diverse aanvallen op vermeende onderzeeboten uitgevoerd. Hoewel het zinken van twee onderzeeboten werd vermeld, konden deze niet worden bevestigd. Op 29 mei 1940 evacueerde het schip 600 Franse militairen uit Duinkerke. Op 31 mei 1940 werd de Siroco door de Duitse Schnellboote S 23 (1939) en S 26 (1940) getorpedeerd. Het schip had op dat moment 930 manschappen aan boord van het 92eme Régiment d'Infanterie en het 16eme Régiment d'Artillerie, welke het uit Duinkerke evacueerde. Na de torpedo aanval bleef het schip stuurloos in het water liggen. Een bom van een Junkers Ju 87 Stuka raakte vervolgens een munitiedepot op het schip waardoor het explodeerde. Totaal kwamen 660 opvarenden hierbij om het leven.
Naam: | Siroco (1925) |
Bouwer: |
Ateliers et Chantiers de
Penhoët, Saint-Nazaire |
Bouwnummer: |
? |
Naamsein/Registratie: |
57 (1932), T 62, 62 (1938), 53 |
Type/Klasse: |
Torpedobootjager /
Bourrasque-klasse (1924) |
Waterverplaatsing: |
1.320 ton (1.300 lt) standaard 1.825 ton (1.796 lt) volledig beladen |
Lengte: |
105,60 meter |
Breedte: |
9,70 meter |
Diepgang: |
3,50 meter |
Aandrijving: |
3 du Temple boilers 2 geschakelde Parsons stoomturbines 2 schachten 31.000 Pk (22.800 kW, 30.576 shp) |
Snelheid: |
33 knopen (61 km/u) |
Bereik: |
5.600 km bij 15 knopen (28 km/u) |
Bewapening (bij bouw): |
4x1 130 mm, Modèle 1919 geschut 1x1 75 mm Modèle 1924 luchtafweer 2x 8 mm Hotchkiss Mod 1914 2x3 550-millimeter torpedolanceerinstallaties 2 dieptebommenwerpers 16x 200 kg dieptebommen |
Bemanning |
162 |
Capitaine de Fregatte Jacques
Lapébie (Kapitein-Luitenant-ter-Zee) |
1938 - 1940 |
Capitaine de Vaisseau Guillaume
Christophe Marie Pons, comte de Toulouse-Lautrec-Montfa
(Kapitein-ter-Zee) |
1940 - 31 mei 1940 |