Ten behoeve van het verplaatsen van het 80 cm spoorweggeschut ‘Dora’ en ‘Schwerer Gustav 2', werden door de Wehrmacht zes dubbele diesel-elektrische locomotieven geproduceerd in de serie D 311. Vier hiervan werden gebouwd en twee tijdens de bouw door bombardementen vernield. Gedurende de Tweede Wereldoorlog werden de locomotieven veel ingezet voor het transport van ander zwaar spoorweggeschut. Twee locomotieven bevonden zich aan het eind van de oorlog in Duitsland, één in Nederland en één verdween mogelijk in de Sovjet-Unie. De drie overgebleven exemplaren kwamen eind jaren 1940 weer bij de Duitse spoorwegen (DB) terecht, die er twee in dienst nam als Baureihe V 188. Later werd dit nog gewijzigd in V 288. In 1969 ging de eerste buiten dienst en in 1972 de tweede.
D 311.01 a/b |
aflevering: 22 oktober 1941 fabrieksnummer: 2198/2199 Geschut: "Dora" sloop bij Krupp of in de Sovjet-Unie |
D 311.02 a/b V 188 003 |
aflevering: 22 oktober 1941 fabrieksnummer: 2200/2201 Geschut: "Dora" bij DB als V 188 003, niet inzetbaar |
D 311.03 a/b V 188 001 |
aflevering: 25 augustus 1942 fabrieksnummer: 2468/2469 Geschut: "Schwerer Gustav 2" bij DB als V 188 001, januari 1970 gesloopt |
D 311.04 a/b V 188 002 288 002-9 |
aflevering: 25 augustus 1942 fabrieksnummer: 2470/2471 Geschut: "Schwerer Gustav 2" bij NS als L5, niet inzetbaar bij DB als V 188 002 en 288 002-9, september 1973 gesloopt |
D 311.05 a/b |
bouwjaar: 1943 fabrieksnummer: 2904/2905 vernield in de fabriek door bombardement |
D 311.06 a/b |
bouwjaar: 1943 fabrieksnummer: 2906/2907 vernield in de fabriek door bombardement |
De Wehrmacht locomotiefserie D 311 werd ontworpen om als trekkracht te dienen voor het spoorweggeschut van 80 cm Kanone (E) Gustav-Gerät de "Dora" en de "Schwerer Gustav 2". Door de firma Krupp werden in opdracht van de Wehrmacht zes paar locomotieven geproduceerd. In 1941 werden de eerste twee afgeleverd als D311.01 a/b en D311.02 a/b en waren bestemd voor de "Dora". In 1942 volgden de D311.03 a/b en D311.04 a/b voor de "Schwerer Gustav 2". Dit laatste geschut zou echter nooit worden ingezet. Er waren nog twee exemplaren in aanbouw bij Krupp in 1943 maar die werden tijdens een bombardement op de fabriek vernield.[1]
De zes geplande locomotieven werden, zoals vermeld, gebouwd bij Krupp in Essen. Het vermogen van beide helften van de dubbellocomotieven lag op 940 pk waarmee een topsnelheid van 75 km/u kon worden behaald. Het gewicht bedroeg 147 ton. De lengte bedroeg 22,51 meter met een hoogte van 4,54 meter bij een breedte van 2,91 meter. Naast dat de locomotieven als trekkracht konden dienen, waren ze geschikt gemaakt om als mobiel krachtstation voor het geschut te fungeren. Er dienden altijd twee helften, een a en een b met elkaar te zijn verbonden om te functioneren. Twee a of twee b helften konden niet samengevoegd worden.[2][3]
Formeel waren de locomotieven eigendom van de Wehrmacht. Ze droegen echter de kenmerken van de Deutsche Reichsbahn met als standplaats Essen en als eigenaar Fried. Krupp A.G.. Alleen de eerste twee locomotiefparen werden daadwerkelijk bij de 'Dora' ingezet en wel in juni-juli 1942 bij een bombardement van de vesting van Sebastopol. Naast inzet bij dit zware geschut werden de locomotieven ook als trekkracht voor ander spoorweggeschut gebruikt. Bij aflevering waren de locs geschilderd in standaard Wehrmacht zwartgrijs, maar gaandeweg de oorlog werden diverse camouflagepatronen aangebracht zoals een witte belijning voor wintercamouflage.
De D 311.001 a/b werd afgeleverd op 22 oktober 1941. De locomotief verdween aan het eind van de Tweede Wereldoorlog. Onduidelijk is of de locomotief is gesloopt bij Krupp of dat deze in beslag werd genomen door de Sovjet-Unie en aldaar verdween.[4]
De D 311.002 a/b werd afgeleverd op 22 oktober 1941. Eind 1951 werd de D 311.02 a/b door de DB van Krupp gekocht en als V 188 003 a/b in dienst gesteld.[5]
De D 311.03 a/b werd op 25 augustus 1942 afgeleverd. De loc werd door de DB als V 188 002 a/b in dienst gesteld.[6]
De D 311.04 a/b werd op 25 augustus 1942 afgeleverd. De locomotief was aan het einde van de Tweede Wereldoorlog achtergebleven in Sluiskil en werd eind 1945, begin 1946 overgebracht naar de diesellocomotieven loods in Utrecht. Tijdens de Tweede Wereldoorlog diende deze locomotief bij Eisenbahn-Artillerie-Batterie 701. Tot 1946 werd getracht de locomotief operationeel te krijgen onder het nummer L5. Dit lukte maar deels en de locomotief werd nooit operationeel bij NS. Nadat de locomotief in 1949 tijdelijk bij de sloperij van Seumeren in Vleuten werd ondergebracht, kwam het op 20 december 1949 weer naar Utrecht en werd de locomotief in de nacht van 21 op 22 december naar Duitsland vervoerd.
De L5 kwam hierna weer bij de DB in dienst als V 188 002 a/b, waar men ondertussen ook de D 311.03 a/b als V 188 001 a/b operationeel had en in 1951 ook de D 311.02 a/b aankocht en als V 188 003 a/b in dienst stelde. Wat er met de D311.01 a/b is gebeurd, is onbekend.[7]
Bij de DB kwamen de locomotieven aanvankelijk op de baan in de kleur flessengroen zoals in gebruik bij de DB na de Tweede Wereldoorlog. Later kregen ze een purperrode kleur.
Serie: | D 311 a/b |
Aantal in serie: |
6 |
Land: |
Duitsland |
Type: |
Geschützlokomotive |
Fabrikant: |
Lokomotiv- und Waggonbaufabrik
Krupp Siemens-Schuckertwerke |
Asindeling: |
Do Do |
Gewicht: |
147 ton |
Lengte over de buffers: |
22,51 meter |
Breedte: |
2,91 meter |
Hoogte: |
4,54 meter |
Aandrijving: |
MAN W6V 30-38 2x 940 pk (691 kW) vanaf 1954: Maybach MD 12V 538 TA 2x 6 cylinder 8 electromotoren |
Maximale snelheid: |
75 km/u |