Periode:

Tweede Wereldoorlog (1939-1945)

Rang:

Lieutenant Commander (Luitenant-ter-Zee 1e Klasse)

Eenheid:

Commanding Officer, U.S.S. Chevalier (DD-451), U.S. Navy

Aanbeveling:
Wegens uitzonderlijk heldendom en opmerkelijke prestaties in het kader van zijn beroep van bevelvoerend officier van de destroyer U.S.S. Chevalier (DD-451) tijdens operaties in het gebied rond de Solomonseilanden in de nacht van 17 op 18 augustus 1943. Zijn schip maakte deel uit van een gevechtsgroep die deelnam aan het onderscheppen en op de vlucht jagen van een vijandelijke vloot bestaande uit 4 destroyers en een groot aantal landingsvaartuigen die in de nacht van 17 op 18 augustus probeerden de vijandelijke garnizoenen op Vella La Vella-Kolombangara te versterken met troepen, voorraden en uitrusting. Lieutenant Commander Wilson viel de Japanse vloot aan onder voortdurend kanonvuur en met torpedo’s. Als resultaat van zijn vaardig omgaan met zijn schip en het nauwkeurige vuur droeg hij aanzienlijk bij aan het tot zinken brengen van 2 destroyers, het beschadigen van een 3de en 4 grote landingsvaartuigen en een onbekend aantal kleinere vaartuigen. Door zijn moed, vasthoudendheid en vastberadenheid bracht hij zijn schip er zonder schade doorheen en daarmee droeg hij bij aan het op de vlucht jagen van de vijand. Zijn consequente optreden paste binnen de hoogste tradities van de Amerikaanse Marine.

Periode:

Tweede Wereldoorlog (1939-1945)

Rang:

Commander (Kapitein-Luitenant-ter-Zee)

Eenheid:

Commanding Officer, U.S.S. Colhoun (DD-801), U.S. Navy

Uitgereikt voor:

Operatie Iceberg

Aanbeveling:
Wegens uizonderlijk heldendom als bevelvoerend officier van de destroyer U.S.S. Colhoun (DD-801) in actie tegen vijandelijke Japanse troepen op Okinawa Shima op 6 april 1945. Toen zijn schip onderhevig was aan een gecoördineerde en vastberaden aanval door 12 vijandelijke zelfmoord toestellen en duikbommenwerpers terwijl hij op een radar piket post lag, leidde hij het nauwkeurige afweervuur van zijn geschut bij het neerhalen van 5 vliegtuigen en hoewel zijn schip door 4 Kamikaze toestellen werd geraakt, bleef hij doorvechten tegen herhaalde felle aanvallen tot er geen vijandelijke toestellen meer in het gebied waren. Daarna, in een poging zijn zwaar beschadigde schip te redden, hield hij toezicht op moedige herstelwerkzaamheden tot hij gedwongen was zijn zinkende schip te verlaten. Zijn dappere vechtlust en onwankelkbaar plichtsbesef pasten binnen de hoogste tradities van de Amerikaanse Marine.

Tweede Navy Cross als gold star verkregen.

Periode:

Tweede Wereldoorlog (1939-1945)

Rang:

Lieutenant Commander (Luitenant-ter-Zee 1e Klasse)

Eenheid:

Commanding Officer, U.S.S. Chevalier (DD-451), U.S. Navy

Aanbeveling:
Wegens opvallende dapperheid en onverschrokkenheid in actie, dienend als bevelvoerend officier van de destroyer U.S.S. Chevalier (DD-451) tijdens een nachtelijk treffen met vijandelijke Japanse marine eenheden in het gebied rond de Solomonseilanden op 6 en 7 oktober 1943. Lieutenant Commander Wilson onderhield regelmatig vuur op de numeriek sterkere vijand. Hij ging met zijn schip onbevreesd het gevecht aan en, manoeuvrerend voor maximale vuurkracht, droeg hij aanzienlijk bij aan het tot zinken brengen van meerdere vijandelijke schepen en het beschadigen van nog eens 3 vaartuigen. Zijn opmerkelijke leiderschap en zijn dappere plichtsbesef tijdens deze vastberaden aanval waren een inspiratie voor de mannen onder zijn commando en pasten binnen de hoogste tradities van de Amerikaanse Marine.