TracesOfWar heeft uw hulp nodig! Elke euro die u bijdraagt steunt enorm in het voortbestaan van deze website. Ga naar stiwot.nl en doneer!

Gaughan, John

Geboortedatum:
4 november 1912 (Glasgow/Schotland, Groot-Britannië)
Overlijdensdatum:
17 februari 1965 (Glasgow/Schotland, Groot-Britannië)
Nationaliteit:
Britse (1801-heden, Koninkrijk)

Biografie

Dienstnummer 2879852.

Heeft u zelf meer informatie over deze persoon? Lever het aan!

Periode:
Tweede Wereldoorlog (1939-1945)
Rang:
Acting Sergeant (Waarnemend Sergeant)
Eenheid:
1st Seaforth Highlanders, 1st Indian Infantry Brigade, 23rd Indian Division, 4th Corps (1st Seaforth Highlanders, 1st Indian Infantry Brigade, 23rd Indian Division, 4th Corps)
Toegekend op:
28 juni 1945
Ontvangen als erkenning van moed en opmerkelijk dienstbetoon in Burma.
Aanbeveling:
Gedurende operaties tegen de Japanners gedurende een periode van vijf maanden presteerde deze NCO uitzonderlijk goed. Gedurende de hele periode toonde hij krachtige leiding, bevelvoering en vaardigheden van een zeer hoog gehalte. Op 15 april 1944, in het dorp Kasom, had hij de leiding over een sectie toen het volle gewicht van een Japanse tegenaanval op zijn deel van de sector neerkwam. Hij toonde opmerkelijke kalmte en moed en met zijn persoonlijke voorbeeld stabiliseerde hij zijn sectie en moedigde hen zodanig aan dat de Japanners werden tegengehouden en uiteindelijk met zware verliezen werden terug geslagen. Het lijdt geen twijfel dat door zijn moed en kalme minachting voor gevaar een kritieke situatie werd voorkomen. Hij had nauwelijks de tijd om te hergroeperen en al helemaal geen om zich in te graven toen een volgende golf van Japanners zijn positie aanviel. Met hetzelfde geestdriftige leiderschap inspireerde hij zijn sectie zodanig dat de tweede aanval nog beslister werd afgeslagen dan de eerste. De hele nacht onderhielden de Japanners de druk maar Sgt. Gaughan weerstond iedere poging van de vijand. Steeds weer vuurde hij zijn mannen aan om het elke keer tegen de Japanners op te nemen wanneer zij probeerden wat zij konden om in het donker de linie te doorbreken.
In de nacht van 18 op 19 april nam zijn compagnie weer de verdediging van het dorp op zich en weer deed de vijand onder dekking van de duisternis vastberaden en hardnekkige aanvallen. Dit keer hadden ze dekkingsvuur van 3" mortieren waarvan de granaten met grote precisie op de linie insloegen. Sgt. Gaughan raakte gewond maar met groot plichtsbesef stond hij erop op zijn post te blijven om zijn sectie te leiden en aan te moedigen. Hij weigerde ieder aanbod om zijn verwondingen te laten behandelen totdat iedere vijandelijke tegenaanval was afgeslagen en de stelling gestabiliseerd was. De volgende morgen werd hij naar de RAP afgevoerd en hij stond erop daar enige dagen te blijven in plaats van naar achteren te worden afgevoerd. Later die week voegde hij zich weer bij zijn compagnie waar hij ontdekte dat tijdens zijn afwezigheid de pelotonscommandant was gesneuveld. Hij nam onmiddellijk het bevel over het peloton op zich en ondanks zijn gebrek aan ervaring deed hij het opmerkelijk goed……..
Hij toonde al gauw dat hoe meer verantwoordelijkheid hij kreeg, hoe beter hij de situatie aankon. Op 24 april 1944, bij Lam-MU kreeg hij opdracht een grote omweg te maken en het dorp van achteren te benaderen. Net toen zijn peloton zich voor de aanval opstelde opende een tot dan toe onopgemerkt gebleven vijandelijke lichte mitrailleur het vuur op hem vanuit een nabij gelegen bunker. Met opmerkeijke tegenwoordigheid van geest, kalme vaardigheid en uitmuntend inzicht liet hij een sectie afzwaaien om bunker te bestrijden zonder de vaart uit de aanval te halen, hij zette door om zijn oorspronkelijke doel te bereiken. Door een vertoon van knappe tactiek slaagde hij erin uit te schakelen wat een reële dreiging voor zijn flank had kunnen zijn. Vanaf dat monent stelden de mannen in zijn peloton het grootste vetrouwen in hem. Bij Khongjol op 18 mei 1944 en bij Matita op 30 mei bewees hij nogmaals een groot leider te zijn, vol van enthousiasme en de wil om te winnen. Het was echter op 24 juli 1944 bij Nippon dat hij op zijn best was.
Zijn compagnie was de speerpunt en had tot taak Nippon te bestormen, geluidloos en onder dekking van de duisternis en zo de stelling bij verrassing in te nemen. Om dit te doen was het noodzakelijk in zware regen en mist twee nachten door dichte jungle te trekken. Sgt. Gaughan toonde opmerkelijke vastberadenheid om alle hindernissen van het terrrein en het weer te overwinnen. Het was geheel aan zijn persoonlijk voorbeeld en leiderschap te danken dat het peloton op de afgesproken tijd op de afgesproken plaats aankwam. Bij de bajonetaanval die volgde toonde hij dezelfde snelheid en moed en bereikte zijn doel, aan de vijand zware verliezen toebrengend. Gedurende al deze en andere operaties toonde Sgt. Gaughan een plichtsbesef, kwaliteiten van leiderschap en volledige minachting voor persoonlijk gevaar de hoogste eer waardig.

Aanbevolen door:
Major /O.C. 1st Seaforth Highlanders 14/10/1944
Brigadier Comd. 1st Ind. Inf. Bde 15/10/1944
Brigadier Comd. 23rd Ind. Div. 17/10/1944
Lt-General Comd. IV Corps 29/10/1944
Lt Gen. G.O. C-in-Chief 14th Army 30/11/1944
Distinguished Conduct Medal (DCM)

Bronnen

  • Foto 1: P & P Harper
  • - Supplement to The London Gazette of 26th June 1945, Issue 37151, dated 28th June 1945
    - The National Archives, Catalogue Reference WO 373/39

Foto