TracesOfWar heeft uw hulp nodig! Elke euro die u bijdraagt steunt enorm in het voortbestaan van deze website. Ga naar stiwot.nl en doneer!

Cohen, Max

    Geboortedatum:
    16 december 1901 (Hengelo (Overijssel))
    Overlijdensdatum:
    2 december 1941 (Mauthausen (Oostenrijk))
    Nationaliteit:
    Nederlandse

    Biografie

    Woonde in Hengelo (Ov.), Nieuwstraat 7. Zoon van slager Salomon Isak Cohen (20 december 1868 Hengelo - 28 mei 1941 Hengelo) en Johanna Cahn (2 februari 1861 Friesheim, Dld - 9 november 1934 Hengelo). Hij huwde in 1929 in Linnich (Dld.) met Rosa Mendel (23 december 1903 Linnich - 2 april 1989 Amsterdam). Slager. Nederlands-Israëlitisch.

    Als oudste zoon was hij voorbestemd om zijn vader op te volgen. Na het volgen van de slagersvakschool kwam hij in de zaak. Omstreeks 1929 nam hij de slagerij over samen met zijn broer Julius. Die was min of meer door Cohen sr. daartoe gedwongen, want Joep, zoals zijn roepnaam luidde, had eigenlijk liever kunstenaar willen worden.

    Max Cohen moderniseerde en breidde het bedrijf uit. Hij maakte gebruik van de meest geavanceerde machines. Rosa en Ada, de echtgenote van Julius, werkten beiden in de zaak mee.

    Max was een prominent lid van de Hengelosche Zwem- en Poloclub Weusthag. Tevens was hij bestuurslid en lid van de redactiecommissie van het clubblad Weusthag Nieuws.

    Toen hij van de Kristallnacht in november 1938 vernam, besefte hij dat de nationaalsocialisten een steeds groter gevaar gingen vormen. Hij overwoog met zijn gezin naar Curaçao te emigreren. Maar zijn vader weerhield hem hiervan, want die vond dat hij de zaak niet in de steek kon laten.

    Bij de Duitse inval in mei 1940 gaf hij lucht aan zijn sombere gevoelens: 'Nu is het afgelopen met ons Joden.' Als vrijwilliger vocht hij bij de Grebbeberg tegen de Duitse troepen.

    In 1941 werd hij op grond van de tegen Joden gerichte maatregelen gedwongen om zijn bedrijf te sluiten. Op 14 september van dat jaar waarschuwden de buren hem dat er een razzia gaande. Voor hem was dat reden om er vandoor te gaan. Nadat de politie zijn vrouw had gechanteerd met de mededeling haar continu in de gaten te houden, als haar echtgenoot niet huiswaarts keerde, zwichtte Max Cohen.

    Hij nam al zijn zwemmedailles mee naar de politie. Zij dochters Carrie (1930) en Ruth (1933) zagen hem twee dagen later in de trein op het station Enschede met een omhoog gestoken lucifer het teken 'kop op' maken. Van de bij de razzia opgepakte Hengeloërs was hij de laatste die omkwam. Op 2 december 1941 werd hij volgens de lijst van onnatuurlijke sterfgevallen 'doodgeschoten bij een vluchtpoging'.

    Zijn echtgenote en beide dochters doken onder en overleefden de oorlog. Broer Julius was bij de razzia eveneens gearresteerd. Op grond van een medisch attest werd hij echter vrijgelaten. Hij dook onder en overleefde ook. Van zijn vier zusters maakte alleen de jongste, de in Engeland wonende Margaretha Salomons-Cohen, de bevrijding mee. Zie verder Appelboom, Isaäc en Sanders, Ernst.

    Gecremeerd in Mauthausen.

    Heeft u zelf meer informatie over deze persoon? Lever het aan!

    Bronnen

    • - OGS Gedenkboek 8, Oorlogsgravenstichting.
      (Vooral gebaseerd op) Henny E. Dominicus, Mauthausen. Een gedenkboek, tweede herziene en uitgebreide druk, Stichting Vriendenkring Mauthausen, Amsterdam, juni 1999; Digitaal Monument Joodse Gemeenschap in Nederland; Lijst van executies en andere onnatuurlijke sterfgevallen in CC Mauthausen 18-08-1938 - 25-09-1944/(Naoorlogs) Uittreksel van alle onnatuurlijke Nederlandse sterfgevallen, International Tracing Service (ITS), Bad Arolsen; site wiewaswie.nl (waaronder overlijdensakte 198/1950 gemeente Hengelo); site geni.com.

    Foto