TracesOfWar heeft uw hulp nodig! Elke euro die u bijdraagt steunt enorm in het voortbestaan van deze website. Ga naar stiwot.nl en doneer!

Smith, Edward Hanson "Iceberg"

    Geboortedatum:
    29 oktober 1889 (Vineyard Haven/Massachusetts, Verenigde Staten)
    Overlijdensdatum:
    29 oktober 1961 (Quissett/Massachusetts, Verenigde Staten)
    Nationaliteit:
    Amerikaanse (1776 - heden, Republiek)

    Biografie

    Edward Hanson Smith werd op 29 oktober 1889 geboren als zoon van Edward J. Smith en Sara Elizabeth (Pease) Smith. Na het doorlopen van de Vineyard Haven High School en New Bedford High studeerde hij aan het Massachusetts Institute of Technology. Op 4 mei 1940 kwam hij op de U.S. Revenue Cutter Service School of Instruction, die later bekend werd onder de naam U.S. Coast Guard Academy en studeerde op 17 mei 1913 af. Na zijn afstuderen diende Edward Hanson Smith aan boord van diverse U.S.C.G. schepen.
    Tijdens de eerste wereldoorlog diende hij als navigator aan boord van de U.S.C.G.C. Manning van de Atlantic Patrol Force en hij beëindigde de oorlog als navigator aan boord van de U.S.C.G.C. Antigone van de Newport News Divsion Transport Force.
    In november 1919 werd hij aan boord van de U.S.C.G.C. Seneca bij de International Ice Patrol geplaatst en vanaf 1920 fungeerde hij als wetenschappelijk waarnemer en navigator aan boord van dat schip. Daarmee begon zijn lange loopbaan van onderzoek in het Arctische gebied en op het terrein van de oceanografie. Hij bleef tot augustus 1924 in functie bij de Ice Patrol en combineerde dat met zijn studie aan de Harvard Universiteit. In 1924 ontving hij een Masters degree van Harvard voor zijn werk bij de Ice Patrol. De U.S. Coast Guard stuurde hem in de jaren daarna eerst naar de Bergen School of Meteorology en daarna naar het Britse Meterorological Office in Londen.
    Tussen 1924 en 1926 hervatte hij zijn taken bij de Ice Patrol en zette op Harvard zijn onderzoek voort. Daarna, tussen januari 1928 en juni 1936 werd hij aangesteld als commandant op diverse schepen binnen de Destroyer Force van de Coast Guard.
    In oktober 1938 wered Edward Hanson Smith benoemd tot bevelvoerend officier van de U.S.C.G.C. Chelan en fungeerde als commandant van de International Ice Patrol tijdens het ijsseizoen van 1939 en 1940.
    In juni 1940 werd Smith aangesteld als bevelvoerend officier van de U.S.C.G.C. Northland en fungeerde als commandant van de Groenland Patrouille. In november 1943 werd Hanson benoemd tot commandant van Task Force 24, U.S. Atlantische Vloot waar hij diende tot het einde van de oorlog.
    In augustus 1945, inmiddels opgeklommen tot Schout-bij-Nacht, werd Smith commandant van het 3de Coast Guard district, oostelijk gebied en werd ook Captain-of-the-Port van New York. Hij werkte ook bij de staf van het laboratorium voor toegepaste fysica van de John Hopkins universiteit en als projectleider van de groep Evaluatie Wapensystemen van het Ministerie van Defensie. Zijn aanstelling in New York eindigde met zijn pensionering op 30 juni 1950.
    Sm ith aanvaardde daarna de baan van van directeur van het internationaal beroemde Oceanografisch Instituut in Woods Hole, Massachusetts en bleef dat tot 1956. In de tussentijd werd hij op 15 februari 1953 benoemd in de Adviescommissie voor Marineonderzoek van het Ministerie van Marine.
    Edward Hanson Smith was getrouwd met Isabel B. Smith en overleed op 29 oktober 1961. Zijn stoffelijk overschot werd op 1 november gecremeerd en zijn as werd op 2 november bijgezet op Martha’s Vineyard, Massachusetts.

    Bevorderingen:
    4 mei 1910: Cadet;
    17 mei 1913: Ensign;
    7 juni 1913: Third Lieutenant;
    7 juni 1918: Lieutenant (junior grade);
    12 januari 1923: Lieutenant;
    21 april 1924: Lieutenant Commander;
    1 oktober 1934: Commander;
    1 december 1941: Captain;
    30 juni 1942: Acting Rear Admiral;
    1 januari 1948: Rear Admiral.

    Loopbaan:
    ?: Vineyard Haven High School, Massachusetts;
    ?: New Bedford High School, Massachusetts;
    ?: Massachusetts Institute of Technology;
    4 mei 1910: U.S. Revenue Cutter Service School of Instruction;
    ?: Cutter Junior Engineering Officer, USRC Seminole, Wilmington, North Carolina;
    februari 1915: USCGC Acushnet;
    november 1915: USCGC Apache;
    januari 1916: USCGC Seminole;
    4 augustus 1917: Navigator USCGC Manning, Atlantic Patrol Force;
    januari 1919: Navigator USCGC Tallapoosa;
    ? - november 1919: Navigator USS Antigone, Newport News Division Transport Force;
    november 1919: USCGC Seneca, International Ice Patrol;
    augustus 1924: Bergen School of Meteorology;
    augustus 1925: British Meteorological Institute;
    ? - 1924: Harvard University;
    1928: Commanding Officer, USCGC Marion;
    ?: Commanding Officer U.S.S. Henley;
    ?: Commanding Officer U.S.S. Downes;
    ?: Commanding Officer U.S.S. Shaw;
    ?: Commanding Officer U.S.S. Tucker;
    ?: Commanding Officer U.S.S. George E. Badger;
    24 juli 1931 - 1 augustus 1931: Graf Zeppelin;
    oktober 1938: Commanding Officer, U.S.S. Chelan;
    1939 - 1940: Commander, International Ice Patrol;
    juni 1940: Commanding Officer, U.S.S. Northland;
    ? - november 1943: Commander, Greenland Patrol;
    november 1943: Commander, Task Force 24, U.S. Atlantic Fleet;
    augustus 1945: Commander, Third Coast Guard District, New York City;
    1945 - 1961: Board of Trustees, Woods Hole Oceanographic Institution;
    mei 1946: Commander, Eastern Area;
    ?: Captain, Port of New York;
    1946 - 1949: Staff, Applied Physics Laboratory, Johns Hopkins University;
    1949: Project Leader, Weapons System Evaluation Group, Department of Defense;
    30 juni 1950: Pensioen;
    1 juli 1950 - 1956: Director Woods Hole Oceanographic Institution.

    Heeft u zelf meer informatie over deze persoon? Lever het aan!

    Periode:
    Tweede Wereldoorlog (1939-1945)
    Rang:
    Rear Admiral (Schout-bij-Nacht)
    Eenheid:
    U.S. Navy
    Aanbeveling:
    Wegens uitzonderlijk waardevolle diensten verleend aan de regering van de Verenigde Staten in een taak met grote verantwoordelijkheden als commandant van de Groenland patrouille en later als commandant van een strijdgroep van de Atlantische Vloot van december 1941 tot november 1944. Gedurende de kritieke jaren 1942 en 1943 plande, bouwde, organiseerde en bestuurde hij efficiënt de marinebases en stations op Groenland en in Antarctica ter ondersteuning van het leger in die gebieden en de controle door de Marine op noordelijke Atlantische Oceaan. Onder extreem moeilijke omstandigheden voerden de troepen onder zijn commando patrouilles en escortes uit, onderhielden een stelsel van weerstations en leverden volledige logistieke en tactische ondersteuning voor het leger. Als commandant van een strijdgroep in deze strategische wateren leidde hij vaardig weeer- patrouille- en escorteursdiensten die van grote steun waren voor het overbrengen van vliegtuigen en de inzet van transporttoestellen van en naar de diverse slagvelden in Europa en hij leverde effectieve bescherming voor waardevolle konvooien. In al zijn onderhandelingen en contacten onderscheidde Schout-bij-Nacht Smith zich door uitmuntende diplomatie, door zijn gezonde oordeel en zijn intelligente voorbereiding en hij onderhield uitstekende betrekkingen met andere Amerikaanse troepen en die van de Geallieerde landen. Zijn superieure tactische kennis en zijn onwankelbare plichtsbesef gedurende deze belangrijke jaren pasten binnen de hoogste tradities van de Amerikaanse Marine.

    Smith was de eerste binnen de Coast Guard, die de Navy Distinguished Service Medal ontving.
    Distinguished Service Medal - Navy/USMC
    Periode:
    Tweede Wereldoorlog (1939-1945)

    Toegekend met "SEA" gesp.
    American Defence Service Medal

    Bronnen

    Foto