Woonde in Groningen, Bedumerstraat 44a. Zoon van Harm van Alteren (kleermaker) en Joukje Meijer. Ongehuwd. Leerling typograaf. Gereformeerd. Lid verzet onder de schuilnamen Wim van Dijk en Frits. Reeds vanaf de eerste oorlogsdag, 10 mei 1940, was Wijbe de personificatie van verzet. Als zeventienjarige gooide hij op 26 augustus 1940 samen met enkele oudere knapen de ramen kapot bij een NSB-groepsleider, omdat de Weerafdeling (W.A.) van de NSB eerder ramen had ingegooid bij joden in Groningen. Daarvoor kreeg hij op 28 januari 1941 een maand tuchtschool opgelegd in Nieuwersluis. Na het uitzitten van deze straf richtte hij een verzetsgroep op om WA-straatacties met tegenacties te beantwoorden. Verder verspreidde hij illegale pamfletten, zong uitdagend aanstootgevende liedjes tegen de NSB, droeg op zijn revers een uitgezaagd dubbeltje met de beeltenis van koningin Wilhelmina, stal kistjes explosieven en een pistool uit een Duitse opslagplaats en bracht de streng bewaakte kuststrook van Delfzijl in kaart. Eind mei 1942 moest Wijbe verplicht in Duitsland werken. Hij werd tewerkgesteld in Hannover, maar vluchtte en keerde huiswaarts. Bij onder anderen de landbouwer H. Poort in Siddeburen dook hij onder. Diverse malen werd bij zijn ouders huiszoeking gedaan. Vader Van Alteren kreeg te horen dat zijn zoon een terrorist was en de kogel kon verwachten. Op 21 april 1944 werd Wijbe in Amsterdam gearresteerd. Op 3 mei 1944 kwam hij in het kamp Amersfoort terecht. Drie dagen later kon hij met een medegevangene ontsnappen toen beiden even buiten het kamp bij Huis ter Heide moesten graven. Elf uren aaneen lag hij plat op zijn buik in een met brandnetels en braamstruiken begroeide droge sloot. Daarna nog eens zes uren in een met hooi gevulde gierkelder. Daar liep hij hoge koorts op. Hij ging op zoek naar hulp en klopte aan bij een mevrouw Röell in Baarn, die hem verpleging verleende. Na zijn genezing trok hij weer naar Kiel-Windeweer. Bij Pieter Venema (13 juni 1906 Groningen - 20 januari 1945 Kiel-Windeweer) op het adres Dorpskade 85 had hij begin december 1943 een schuilplaats gevonden. Op 20 januari 1945 sloeg de SD toe. Door de arrestatie van Wijbes ouders was de SD er achtergekomen waar hij zich bevond. In totaal vijftien SD'ers, aangevoerd in drie vrachtauto's, overrompelden het gezin Venema en de daar aanwezige onderduikers, onder wie Van Alteren. De indringers vonden een pistool, enige handgranaten, gummistokken, een driekantig dolkmes en een politie-uniform. Venema's woning werd in brand gestoken. Wijbe en de anderen zijn onder vreselijke mishandelingen verhoord en nog dezelfde dag gefusilleerd. Zijn laatste woorden waren: 'Ik sterf in God.' Vermoedelijk gezegd omdat hem vlak voor de executie door een van de SD'ers werd toegeroepen: 'Gereformeerde zwijnjakker.' In 1953 is hem postuum het Oorlogsherinneringskruis toegekend en in 1982 het Verzetsherdenkingskruis.
Heeft u zelf meer informatie over deze persoon? Lever het aan!