Gedenkteken Koninklijk Atheneum Pitzemburg

Aan de gevel van de voormalige woning van de commandeur van de Duitse orde van Pitzemburg hangen twee gedenkplaten met betrekking op de eerste wereldoorlog.

De commanderij van de Duitse Orde van Pitzemburg werd circa 1200 gesticht tijdens de kruistochten in Palestina door de "Orde der Hospitaalridders van Onze-Lieve-Vrouw der Duitsen in Jeruzalem". De grootmeester,gevestigd te Mariënburg (Pruisen),bestuurde de verschillende landcommanderijen welke verdeeld waren in commanderijen.
Pitzemburg hing af van de landcommanderij Koblenz en was gevestigd in een pand op een uitgestrekt domein, gelegen nabij de Bruul en de Fonteinbrug in Mechelen.
Na de inbeslagname tijdens de Franse Revolutie fungeerde het gebouw vanaf 1802 tot 1804 als residentie van aartsbisschop de Roquelaure.
In 1827 werd het domein aangekocht door de stad en in 1832 ingericht als gemeentelijk college, oorspronkelijk bestuurd door geestelijken. In 1881 werd het overgenomen door de staat en aangepast als atheneum.

De voormalige woning van de commandeur met classicistische inslag staat er nu nog, het bureau van de directeur is er onder meer in ondergebracht.
Rechts van de hoofdingang hangen de twee gedenkplaten betreffende de eerste wereldoorlog.
De plaat met helm is van de hand van Fauconnier, de tweede is gebeeldhouwd door B.Tuerlinckx in 1921.Op beide staan de namen van de slachtoffers vermeld.

De zin "Dulce Pro Patria Mori" verwijst dan weer naar een oude Latijnse uitdrukking van de Romeinse dichter Horatius (Oden iii.2.13): "Dulce et decorum est pro patria mori, vertaald: "Het is een deugd en een eer om voor het vaderland te sterven".

Heeft u zelf meer informatie over deze locatie? Lever het aan!

Gebruikte bron(nen)

• Tekst: TracesOfWar
• Foto's: Marie-Christine Vinck