Monument vermoorde Amerikaanse krijgsgevangenen Baugnez

Route de Waimes, 4960 Baugnez (Malmédy)

België Luik Baugnez (Malmédy)

Monument vermoorde Amerikaanse krijgsgevangenen Baugnez #1

Monument vermoorde Amerikaanse krijgsgevangenen Baugnez #2

Monument vermoorde Amerikaanse krijgsgevangenen Baugnez #3

Monument vermoorde Amerikaanse krijgsgevangenen Baugnez #4

Monument vermoorde Amerikaanse krijgsgevangenen Baugnez #5

Dit monument herdenkt de Amerikaanse 84 soldaten die hier om het leven kwamen in de winter op 17 december 1944 en wat is bekend geworden als 'het bloedbad van Malmedy'.

De jongste PFC John KLUKLAVY was 19 jaar, de oudste T-Sergeant William Mc GOVERN 39 jaar. T5 Charles HAINES sneuvelde hier op zijn 22e verjaardag. Private John COBBLER overleed op 18 december in een eerste hulppost te Malmedy. Hij had gewond naar Malmedy weten te ontsnappen maar overleed alsnog aan zijn opgelopen verwondingen.

Het lichaam van soldaat Elwood THOMAS, 285e Field Artillery Observation Bataljon, is nooit teruggevonden. Hij is na de oorlog officieel dood verklaard.

Het lichaam van soldaat Louis VAIRO, 285e Field Artillery Observation Bataljon, werd later teruggevonden in Neuhof (Duitsland) op 18 km van Baugnez. Zijn naam is niet opgenomen op het monument.

Zeven gevangen genomen soldaten moesten de achtergebleven Amerikaanse voertuigen afvoeren naar Ligneuville. Behalve T5 David LUCAS, 285e Field Artillery Observation Bataljon, die stierf in 1945, hebben de zes anderen de oorlog in gevangenschap overleefd.

De meeste soldaten werden op 17 december 1944 door de voorhoede van “Kampfgruppe Peiper” die op weg was naar Flémalle aan de rivier de Maas bij Luik in koele bloede vermoord. Deze Kampfgruppe was genoemd naar zijn bevelhebber; Obersturmbannführer Jochen Peiper van het 1e SS-Panzerregiment “Leibstandarte Adolf Hitler” (LSSAH). Het was één van de 5 zogenaamde “Rollbahnen” van het Ardennenoffensief. Zijn Kampfgruppe bestond uit

1e SS Panzerbataljon
3e bataljon van het 2e SS Panzergrenadierregiment
SS-Panzerabteiling 501
1e SS Panzergrenadierbataljon
3e SS Panzerbataljon
84e FLAK-Luftwaffebataljon

Deze kamfgruppe had eerder die dag of een dag daarvoor op 16 december 1944 bij Honsveld al een aantal krijgsgevangen genomen Amerikaanse soldaten in koelen bloede vermoord.

Op 17 december 1944 was het US 285e Field Observation Artillery Bataljon onderweg van Malmedy naar Sankt-Vith (B). In Sankt-Vith moesten zij de posities van het Duitse geschut bepalen en doorgeven aan het hoofdkwartier. Hoewel zij wisten dat de Duitsers een tegenoffensief hadden gelanceerd, werden zij volledig verrast door de grote aantallen en vuurkracht van de voorhoede van Kampfgruppe Peiper.

De voorhoede schakelde de Amerikanen in een kort gevecht uit en dwong hen tot overgave. De overgebleven militairen werden bij elkaar gedreven in het weiland schuin tegenover dit monument.

Omdat de opdracht van de commandanten van het Ardennenoffensief was zo snel mogelijk volgens een vooraf bepaald tijdschema door te stoten naar de rivier de Maas en daarna naar de havens van Antwerpen, waren vooraf mondelijke ! orders gegeven dat geen krijgsgevangenen werden gemaakt. Er was geen tijd en mankracht beschikbaar de krijgsgevangenen te bewaken te voeden en verzorgen. Alles stond ten dienste zo snel mogelijk naar de Maas te komen.

Daarnaast moet niet onderschat worden dat de ingezette SS-troepen gehard waren in de strijd aan het Oostfront. De SS was daar al berucht geworden wegens hun meedogenloze strijd waar het niet ongebruikelijk was geen gevangenen te nemen. Ook het feit dat Duitsland steeds verder in het nauw werd gedreven en de Duitse steden en dus ook hun eigen families onder constante bombardementen leden, maakte dat de SS-ers verbeten strijd leverden om Duitsland te behoeden van de nederlaag.

Zelfs bij de processen van Dachau waar een deel van de Kamfgruppe Peiper terecht stond, onder wie Jochen Peiper zelf, is onduidelijk is gebleven wie uiteindelijk het commando gaf de krijgsgevangenen dood te schieten. Op enig moment werd het vuur geopend vanaf de tanks en pantservoertuigen. Zelfs passerende soldaten gezeten in voertuigen opende het vuur op de Amerikaanse soldaten in het veld. Nadat het vuren stopte liepen SS-soldaten langs de gevallen Amerikaanse soldaten en werden nog levende soldaten in koele bloede vermoord met een schot door het hoofd. Ze deden het voorkomen alsof ze de gewonde soldaten kwamen helpen, maar daar waar een soldaat zijn stem liet horen, werd hij door het hoofd geschoten.

Uiteindelijk wisten 50 soldaten al dan niet gewond aan de slachting, die bekend is geworden als de “Malmedy Masacre”, te ontkomen. Zij wisten de kleine stad Malmedy te bereiken en te vertellen wat hun was overkomen of kwamen dagen later binnen hun eigen linies. Dit moment was een keerpunt in de houding van de Amerikaanse strijdkrachten in de oorlog tegen Duitsland en in het bijzonder de SS.

Soldaat Delbert JOHNSON die op het monument staat, sneuvelde bij de bevrijding van Baugnez op 3 januari 1945.

Overleden ten gevolge van de slachting op 17 december 1944

BLOOM Donald L., 21 jaar, soldaat bij het 285e Field Artillery Observation Bataljon (FAOB), na de oorlog herbegraven in de V.S., schot in het hoofd.

BLOUCH Carl H., 21 jaar, T5 bij het 285e FAOB, na de oorlog herbegraven in de V.S., overleden in het veld aan verwondingen.

BREON Charles R., 22 jaar, T5 bij het 285e FAOB, na de oorlog herbegraven in de V.S., overleden door een slag tegen het hoofd.

BROZOWSKI Joseph A., 25 jaar, korporaal T5 bij het 285e FAOB, begraven te Henri-Chapelle (B) graf C-8-38, schot in het hoofd.

BURKETT, Samuel P., 22 jaar, T5 bij het 285e FAOB, na de oorlog herbegraven in de V.S., schot in het hoofd.

BURNEY L., 21 jaar, soldaat 1e klas bij het 32e regiment van het 3rd Armoured Division, na de oorlog herbegraven in de V.S., schot in het hoofd.. Deze soldaat maakte geen deel uit van het 285e FAOB, maar was met zijn per jeep onderweg en zat toevallig in de colonne van het FAOB.

CARR Paul R., 31 jaar, T5 bij het 285e FAOB, begraven te Henri-Chapelle (B) graf D-8-28, overleden in het veld aan verwondingen.

CARSON Homer S., 22 jaar, soldaat 1e klas bij het 285e FAOB, na de oorlog herbegraven in de V.S., schot in het hoofd.

CASH Cecile J., 22 jaar, T4 bij het 197e Anti Aircraft Artillery Bataljon, na de oorlog herbegraven in de V.S., schot in het hoofd. Dit gebeurde 200 meter ten oosten van deze plek net voor de massamoord. T4 Cash was samen met T5 Heitmann in een jeep onderweg, net voor de colonne van het 285e FAOB, en ging bij de kruising rechtdoor en stuitte als eerste op de voorhoede van Kampfgruppe Peiper.

CLARK Frederick, 28 jaar, soldaat 1e klas bij het 285e FAOB, na de oorlog herbegraven in de V.S., overleden aan hersenschudding.

CLYMIRE John J., 25 jaar, soldaat 1e klas bij het 86th Engineers Bataljon (Heavy Pontoon), begraven te Henri-Chapelle (B) graf D-11-58, gesneuveld door granaatvuur.

COATES James H., 22 jaar, soldaat bij het 285e FAOB, na de oorlog herbegraven in de V.S., overleden door geweervuur.

COBBLER John H., 22 jaar, soldaat bij het 285e FAOB, begraven te Henri-Chapelle (B) graf A-18-43, wist gewond te ontsnappen en overleed aan zijn door geweervuur opgelopen verwondingen in een eerstehulppost te Malmedy op 18 december 1944.

COHEN Robert, 22 jaar, soldaat 1e klas bij het 285e FAOB, na de oorlog herbegraven in de V.S., schot in het hoofd.

COLLIER John D., 26 jaar, T5 bij het 285e FAOB, na de oorlog herbegraven in de V.S., schot in het hoofd.

DAVIDSON Paul G., 21 jaar, technisch sergeant bij het 285e FAOB, na de oorlog herbegraven in de V.S., schot in het hoofd.

DAVIS Warren, 22 jaar, soldaat 1e klas bij het 285e FAOB, begraven te Henri-Chapelle (B) graf C-10-59, gesneuveld door granaatvuur.

DESCH Howard C., 21 jaar, soldaat 1e klas bij het 285e FAOB, na de oorlog herbegraven in de V.S., schot in het hoofd.

DUNBAR William J., 20 jaar, soldaat bij het 285e FAOB, na de oorlog herbegraven in de V.S., schot in het hoofd.

FITT Carl B., 21 jaar, korporaal bij het 285e FAOB, na de oorlog herbegraven in de V.S., schot in het hoofd.

FLACK Donald P., 21 jaar, soldaat 1e klas bij het 285e FAOB, na de oorlog herbegraven in de V.S., schot in het hoofd.

FRANZ Walter A., 25 jaar, sergeant bij het 285e FAOB, na de oorlog herbegraven in de V.S., overleden ten gevolge van lichte wapens/ tijdens overgave neergeschoten vanaf militaire voertuigen.

FREY Carl B., 21 jaar, soldaat 1e klas bij het 285e FAOB, na de oorlog herbegraven in de V.S., schot in het hoofd.

GEISLER Donald E., 22 jaar, staf sergeant bij het 197th Anti Aircraft Artillery Bataljon, na de oorlog herbegraven in de V.S., schot in het hoofd.

GENTHENER Carl R., 33 jaar, 1e luitenant bij het 575th Ambulance Company, 341st Medical Group, begraven te Henri-Chapelle (B) graf C-13-3, schot in het hoofd. Een kleine groep voertuigen van het 575th Abulance Company reed achter de colonne van de 285e FAOB aan en werd mede slachtoffer.

GOFFMANN Solomon S., 27 jaar, 2e luitenant bij het 285e FAOB, na de oorlog herbegraven in de V.S., overleden ten gevolge van lichte wapens/ tijdens overgave neergeschoten vanaf militaire voertuigen.

HAINES Charles F., 22 jaar, T5 bij het 285e FAOB, na de oorlog herbegraven in de V.S., gesneuveld door granaatvuur op zijn 22e verjaardag!

HALL Charles E., 22 jaar, soldaat 1e klas bij het 285e FAOB, na de oorlog herbegraven in de V.S., tijdens de slag overreden door Duitse pantserwagens.

HALLMAN Samuel A., 21 jaar, soldaat bij het 285e FAOB, na de oorlog herbegraven in de V.S., overleden ten gevolge van lichte wapens/ tijdens overgave neergeschoten vanaf militaire voertuigen.

HEITMANN Raymond A., 22 jaar, T5 bij het 197e Anti Aircraft Artillery Bataljon, begraven te Henri-Chapelle (B) graf D-6-19, overleden ten gevolge lichte wapens tijdens het gevecht op 17 december 1944, dit gebeurde 200 meter ten oosten van deze plek net voor de massamoord. T5 Heitmann was samen met T4 Cash in een jeep onderweg, net voor de colonne van het 285e FAOB, en ging bij de kruising rechtdoor en stuitte als eerste op de voorhoede van Kampfgruppe Peiper.

HERCHELROTH Sylvester, 21 jaar, T4 bij het 285e FAOB, na de oorlog herbegraven in de V.S., schot in het hoofd.

IAMES Lloyd A., 23 jaar, 2e luitenant bij het 32e regiment van 3rd Armoured Division, begraven te Henri-Chapelle (B) graf D-6-36, schot in het hoofd.

INDELICATO Ralph J., 23 jaar, korporaal bij de Head Quaters Battery van het 285e FAOB, na de oorlog herbegraven in de V.S., schot in het hoofd.

JOHNSON Delbert J., 22 jaar, soldaat bij het 526e Armoured Infantry Bataljon, gesneuveld tijdens de herovering van Baugnez op 3 januari 1945, begraven te Henri-Chapelle (B) graf D-9-32.

JONES Wilson M. jr., 21 jaar, T5 bij het 285e FAOB, begraven te Neuville-en-Condroz (B) graf A-32-39, overleden ten gevolge van lichte wapens/ tijdens overgave neergeschoten vanaf militaire voertuigen, 3 dagen voor zijn 22e verjaardag.

JORDAN Oscar, 22 jaar, T4 bij het 285e FAOB, na de oorlog herbegraven in de V.S., overleden ten gevolge van lichte wapens/ tijdens overgave neergeschoten vanaf militaire voertuigen.

KINSMAN Alfred W., 25 jaar, sergeant bij het 285e FAOB, begraven te Henri-Chapelle (B) graf D-7-41, doodsoorzaak onbekend.
`
KUKLAVY John, 19 jaar !, soldaat 1e klas bij het 32e Infantery Regiment van het 3e Armoured Division, begraven te Henri-Chapelle (B) graf D-15-46, doodgebloed.

LAUFER Howard C., 26 jaar, T5 bij het 285e FAOB, na de oorlog herbegraven in de V.S., gedood door een klap tegen het hoofd.

LENGYEL Alexander Jr., 28 jaar, T5 bij het 285e FAOB, begraven te Henri-Chapelle (B) graf D-8-13, overleden ten gevolge van lichte wapens, tijdens overgave neergeschoten vanaf militaire voertuigen.

LEU Selmer H, 32 jaar, T4 bij het 285e FAOB, na de oorlog herbegraven in de V.S., schot in het hoofd.

LINDT Benjamin, 24 jaar, sergeant bij het 200e Field Artillery Bataljon, na de oorlog herbegraven in de V.S., schot in het hoofd.

LUCAS Allen M., 22 jaar, T4 bij het 285e FAOB, begraven te Henri-Chapelle (B) graf B-9-32, tijdens de slag overreden door Duitse pantserwagens.

LUERS James E., 26 jaar, t5 bij het 285e FAOB, begraven te Henri-Chapelle (B) graf H-4-58, schot in het hoofd.

MARTIN Lawrence, 22 jaar, korporaal, bij het 285e FAOB, na de oorlog herbegraven in de V.S., schot in het hoofd.

Mc DERMOTT Thomas E., 27 jaar, 1e luitenant bij het 32 Armoured Regiment van de 3e Armoured Divsion, na de oorlog herbegraven in de V.S., schot in het hoofd.

Mc GEE James G., 24 jaar, T3 sergeant bij het 32 Armoured Regiment van de 3e Armoured Divsion, begraven te Henri-Chapelle (B) graf D-11-56, overleden ten gevolge van lichte wapens/ tijdens overgave neergeschoten vanaf militaire voertuigen.

Mc GOVERN William T., 39 jaar, technisch sergeant, bij het 32 Armoured Regiment van de 3e Armoured Divsion, na de oorlog herbegraven in de V.S., overleden ten gevolge van lichte wapens/ tijdens overgave neergeschoten vanaf militaire voertuigen.

Mc KINNEY Robert, 22 jaar, T5 bij het 285e FAOB, na de oorlog herbegraven in de V.S., tijdens de slag overreden door Duitse pantserwagens.

MILLER Halsey J., 30 jaar, sergeant bij het 285e FAOB, begraven te Henri-Chapelle (B) graf A-9-45, schot in het hoofd.

MILLS Roger L., 26 jaar, kapitein bij het Head Quaters Battery van het 285e FAOB, na de oorlog herbegraven in de V.S., schot in het hoofd.

MOORE William H., 30 jaar, korporaal bij het 285e FAOB, na de oorlog herbegraven in de V.S., tijdens de slag overreden door Duitse pantserwagens.

MULLEN Keston E., 21 jaar, soldaat bij het 546e ambulance compagny, na de oorlog herbegraven in de V.S., schot in het hoofd.

MUNZIGER John S., 30 jaar, 1e luitenant bij het 285e FAOB, na de oorlog herbegraven in de V.S., schot in het hoofd.

MURRAY David M., 21 jaar, soldaat 1e klas bij 285e FAOB, na de oorlog herbegraven in de V.S., doodsoorzaak onbekend.

O’GRADY David T., 20 jaar, korporaal bij het 285e FAOB, na de oorlog herbegraven in de V.S., overleden ten gevolge van lichte wapens/ tijdens overgave neergeschoten vanaf militaire voertuigen.

OLIVER Thomas W., 21 jaar, soldaat 1e klas bij het 285e FAOB, na de oorlog herbegraven in de V.S., schot in het hoofd.

OSBORNE John D., 27 jaar, sergeant bij het 285e FAOB, na de oorlog herbegraven in de V.S., overleden door een klap op het hoofd.

PADEN Paul L., 32 jaar, soldaat 1e klas bij het 32 Armoured Regiment van de 3e Armoured Divsion, na de oorlog herbegraven in de V.S., schot in het hoofd.

PERKOWSKI Walter J., 21 jaar, soldaat bij het 285e FAOB, na de oorlog herbegraven in de V.S., overleden door granaatscherven.

PHILLIPS Peter R., 21 jaar, soldaat bij het 285e FAOB, na de oorlog herbegraven in de V.S., shot in het hoofd en in de rug.

PIASECKY Stanley F., 29 jaar, soldaat bij het 285e FAOB, begraven te Henri-Chapelle (B), graf A-9-40, shot in het hoofd.

PITTMAN Gilbert R., 22 jaar, soldaat bij het 285e FAOB, begraven te Henri-Chapelle (B), graf G-1-41, overleden ten gevolge van lichte wapens/ tijdens overgave neergeschoten vanaf militaire voertuigen.

REARDON Perry L., 26 jaar, 1e luitenant bij het 285e FAOB, na de oorlog herbegraven in de V.S., overleden ten gevolge van lichte wapens/ tijdens overgave neergeschoten vanaf militaire voertuigen.

ROSENFELD George R., 22 jaar, T5 bij het 285e FAOB, begraven te Henri-Chapelle (B), graf C-14-42, overleden door granaatscherven.

RULLMAN Carl H., 21 jaar, korporaal bij het 285e FAOB, na de oorlog herbegraven in de V.S., shot in het hoofd.

RUPP John M., 20 jaar, T4 bij het 285e FAOB, na de oorlog herbegraven in de V.S., overleden door granaatscherven.

SAYLOR Oscar, 21 jaar, soldaat bij het 285e FAOB, na de oorlog herbegraven in de V.S., overleden ten gevolge van lichte wapens/ tijdens overgave neergeschoten vanaf militaire voertuigen.

SCOTT Wayne L., 22 jaar, soldaat 1e klas bij het 32 Armoured Regiment van de 3e Armoured Divsion, begraven te Henri-Chapelle (B), graf G-2-41, shot in het hoofd.

SCHWITZGOLD Max, 33 jaar, T5 bij het 285e FAOB, na de oorlog herbegraven in de V.S., shot in het hoofd.

SHEETZ Irwin M., 22 jaar, T4 bij het 285e FAOB, na de oorlog herbegraven in de V.S., shot in het hoofd.

SHINGLER John H., 21 jaar, T5 bij het 285e FAOB, na de oorlog herbegraven in de V.S., shot in het hoofd.

SNYDER Robert J., 24 jaar, sergeant bij het 285e FAOB, na de oorlog herbegraven in de V.S., overleden ten gevolge van lichte wapens/ tijdens overgave neergeschoten vanaf militaire voertuigen.

STABULIS Alphonse J., 24 jaar, sergeant bij het 285e FAOB, begraven te Neuville-en-Condroz (B), graf C-21-19, overleden ten gevolge van lichte wapens/ tijdens overgave neergeschoten vanaf militaire voertuigen.

STEFFY George H., 21 jaar, T4 bij het 285e FAOB, begraven te Henri-Chapelle (B), graf A-9-26, overleden ten gevolge van lichte wapens/ tijdens overgave neergeschoten vanaf militaire voertuigen.

STEVENS Carl M., 25 jaar, soldaat 1e klas bij het 285e FAOB, begraven te Henri-Chapelle (B), graf C-13-19, shot in het hoofd.

SWARTZ Luke B., 22 jaar, T5 bij het 285e FAOB, begraven te Henri-Chapelle (B), graf H-9-49, shot in het hoofd.**

THOMAS Elwood E., 22 jaar, soldaat bij het 285e FAOB, wordt herdacht te Neuville-en-Condroz op de muur der vermisten in de strijd, lichaam nooit gevonden.

WALD Elmer W., 27 jaar, soldaat 1e klas bij het 200e Field Artilley Bataljon, na de oorlog herbegraven in de V.S., shot in het hoofd.

WALKER Richard B., 23 jaar, soldaat 1e klas bij het 285e FAOB, na de oorlog herbegraven in de V.S., doodgebloed.

WATT Thomas F., 22 jaar T4 bij het 285e FAOB, na de oorlog herbegraven in de V.S., overleden ten gevolge van lichte wapens/ tijdens overgave neergeschoten vanaf militaire voertuigen.

WILES Vester H., 21 jaar, T5 bij het 285e FAOB, na de oorlog herbegraven in de V.S., overleden ten gevolge van lichte wapens/ tijdens overgave neergeschoten vanaf militaire voertuigen.

WUSTERBARTH Dayton E., 23 jaar, T5 bij het 285e FAOB, na de oorlog herbegraven in de V.S., shot in het hoofd.

**Korte beschrijving uit het autopsierapport van T5 Luke SWARTZ
Op het lichaam gevonden voorwerpen: vulpen, twee potloden, een kettinkje, een Nieuw Testament, een kam, brieven, een zakmes, beurs met 55 Duitse Reichsmark en een geluksamulet.

Bevindingen van het lijk voor autopsie:
Overjas, veldjas, trui, uniformhemd- en broek, leggings en overschoenen, T5 embleem op de overjas, identificatieband om rechterpols, bloed op het rechterbeen ter hoogte van de knie.

Bevindingen tijdens autopsie
Armen nog boven het lichaam geheven (hij is in deze houding neergeschoten en uiteindelijk bevroren), bloed op gezicht, schotwond door de rechterknie waardoor deze gebroken is, schotwond in de linkerzijde van het hoofd net boven het linkeroog, brandwonden rond de wond zichtbaar hetgeen indiceert dat het een schot van dichtbij was.