De 2e herziene, iets gewijzigde uitgave van het Bunkerbord. Zo werd dit getekende ganzenbord genoemd. Het werd gemaakt door Carsten Thöne[1], een Nederlandse student die in Duitsland tewerkgesteld werd. In november 1943 kwam hij te werken in een munitiefabriek in Herzberg am Harz. Om de avonden met zijn medestudenten door te komen tekende hij deze versie van het ganzenbord. Het geeft een interessant kijkje in de wereld van het werken in een munitiefabriek in midden-Duitsland. Wij zullen inzoomen op een aantal tekeningen en de achtergronden ervan.
Carsten Thöne nam aan het eind van de oorlog zijn ganzenbord, of bunkerbord, mee naar huis. Carsten vertrok samen met Jacob du Buy[8] op 25 april 1945[9] uit het bevrijdde Herzberg te voet naar huis. Het ouderlijk huis van Carsten stond op de Rijperweg 13 in Bloemendaal[10], die van Jacob op de Vrijburglaan 29 in Overveen[11], op net iets meer dan een kilometer lopen. Op 5 mei kwamen ze bij de grens van Nederland aan, waarna ze de volgende dag in het Ontvangstcentrum Glanerbrug geregistreerd werden.[12]
In februari 1990 zocht Carsten zijn medestudent Jacob weer op. Vermoedelijk hadden ze al die jaren contact gehouden. Beide waren toen 69 jaar oud. Carsten gaf het ganzenbord aan Jacob, die het bewaarde. Na zijn dood is het archief van Jacob overgedragen aan het Verzetsmuseum in Amsterdam, waar het ganzenbord nog altijd in bewaring ligt.
Carsten overleed in 2015 op 95-jarige leeftijd, Jacob in 2001, 80 jaar oud.
Het is ruim een jaar geleden dat ik schreef over het Ommenlied. Een lied, door een student geschreven in Kamp Erika in Ommen. In dit kamp werden de studenten verzameld die weigerden de loyaliteitsverklaring te tekenen. Zij dienden zich te melden voor de Arbeitseinsatz in Duitsland. De ruim 3.000 studenten[note]Leeuw, A.J. van der, De universiteiten en hogeschoolen, in Onderdrukking en verzet, deel 3, pagina 331.[/note] kwamen op 6 mei 1943 in Ommen aan. Nooit was duidelijk wie het lied daadwerkelijk schreef, tot nu!
Tijdens de eerste dagen van het verblijf van de studenten in Ommen werd er een tekst geschreven op het lied ‘Verlaten’[note]Woudenberg, E. & Freese, F., Post uit Berlijn, pagina 33.
Groenhart, K., Koffer uit Berlijn, pagina 37. [/note] uit 1935 van Willy Derby. Het refrein is nagenoeg hetzelfde gelaten. Door wie het Ommenlied precies werd geschreven, bleek lastig te achterhalen. In diverse bronnen komen verschillende namen naar voren. In de meeste wordt wel een vergelijkbare naam gevonden: Ad Klerck[note]Woudenberg, E. & Freese, F., Post uit Berlijn, pagina 35. [/note], Ad Klerkce[note]Dokter, H.J. e.a., Een onbelicht verleden, pagina 44.
NIOD, 246 Collectie Verzetsgedichten, 2050 Ommenlied. [/note] of Ad Alerkoo[note]NIOD, 250h Ommen, Arbeitseinsatzlager Erika, 104 Tekst van het Ommen-lied, 5 mei 1943. [/note].
Het is nu bijna drie jaar geleden dat ik de brieven van Gerard Schampers in handen kreeg. Een student in oorlogstijd, wonend in Helmond en studerend in Tilburg. In 1943 werd hij, met een groep andere studenten, naar Duitsland gestuurd. Eerst naar Herzberg am Harz, daarna naar Dassel. In juni en augustus 2023 bezocht ik Dassel al tweemaal. In oktober 2024 keerde ik samen met buurman Eric, voor een derde keer terug, waar we voor het eerst Herzberg am Harz aandeden. Nu, eind maart 2025, gaan we voor een vierde keer richting Dassel.
Eigenlijk heeft het niks te maken met de dwangarbeiders in Dassel Ook in Uslar, een plaatsje zo'n 20 kilometer ten zuiden van Dassel, huisde een aantal student-dwangarbeiders gedurende een paar maanden van 1943. Dit was een andere groep dan in Dassel, deze mannen werden eerst in Braunschweig tewerkgesteld om in juli 1943 naar Uslar overgeplaatst te worden. Daar werkten ze drie maanden tot ze op 1 november 1943 werden doorgestuurd naar de munitiefabriek in Herzberg am Harz.[note]TracesOfwar.nl - Nederlandse studenten in een munitiefabriek.[/note]
In Uslar werkten deze studenten in de Ilse & Co. Möbelfabriken, waar ze munitiekistjes in elkaar timmerden. Jan Brölmann schreef er over: “We timmeren een kistje met studenten aan soort lopende band. We wisselen elkaar af om het eentonige te vermijden. ‘s-Avonds naar buiten de majestueuze natuur bewonderd. Heimwee naar huis.” Een aantal van deze zijn bewaard gebleven en nog te bezichtigen in het plaatselijke museum.
Inmiddels hadden we Dassel drie keer bezocht. Onderweg naar Dassel zie je Uslar al op de borden staan, we waren er echter nog niet geweest. We willen vooral kijken of we de plek kunnen vinden waar de studenten gewerkt hebben. Uit onderzoek vooraf bleek dat Ilse een nogal grote fabriek was, in de jaren '50 werkten er 2.800 mensen.[note]Ilse Technik - History.[/note] In Uslar werd er in ieder geval op drie verschillende plekken gewerkt, waarbij Werke I en II veruit de grootste waren.
Ilse & Co zelf is ondertussen aanzienlijk gekrompen en zit niet meer in de panden van weleer. Ze maken nu enkel nog tafeltjes voor caravans in een fabriek op het industrieterrein aan de rand van de stad. De grootste gebouwen van Werke I en II zijn nog duidelijk in het straatbeeld te herkennen.
In het museum van Uslar laat een maquette zien hoe Werke I er op z'n hoogtepunt uitzag. Het grote gebouw links staat er nog, maar het hoge gebouw in het midden is compleet verdwenen, net als alle laagbouw er omheen. De eigenaarsvilla vooraan is nog wel bewaard gebleven en in de hallen helemaal rechts op de foto zit tegenwoordig een supermarkt.
Waar de foto van de slaapzaal precies in de Ilse & Co complexen is genomen, weten we op dit moment nog niet. Werke I en II lijken in ieder geval af te vallen. De foto werd niet herkend door de huidige bewoners en de gebouwen lijken anders gebouwd. De foto zou dus in een van de gesloopte gebouwen gemaakt kunnen zijn.
Lees ook de andere delen in deze serie:
- Dasselse dwangarbeiders: Rondje vier (1/4)
- Dasselse dwangarbeiders: Op zoek naar meneer Sluis (2/4)
- Dasselse dwangarbeiders: Op zoek naar de familie Fischer (3/4)
- Dasselse dwangarbeiders: Uslar (4/4)