TracesOfWar heeft uw hulp nodig! Elke euro die u bijdraagt steunt enorm in het voortbestaan van deze website. Ga naar stiwot.nl en doneer!

Inleiding

De 2e herziene, iets gewijzigde uitgave van het Bunkerbord. Zo werd dit getekende ganzenbord genoemd. Het werd gemaakt door Carsten Thöne[1], een Nederlandse student die in Duitsland tewerkgesteld werd. In november 1943 kwam hij te werken in een munitiefabriek in Herzberg am Harz. Om de avonden met zijn medestudenten door te komen tekende hij deze versie van het ganzenbord. Het geeft een interessant kijkje in de wereld van het werken in een munitiefabriek in midden-Duitsland. Wij zullen inzoomen op een aantal tekeningen en de achtergronden ervan.


Bunkerbord. Bron: Verzetsmuseum Amsterdam.
Voor meer informatie over de Nederlandse studenten in een munitiefabriek in Herzberg am Harz en over Carsten Thöne, verwijzen we u graag door naar de desbetreffende artikelen. Hier zullen we het ganzenbord bespreken, een spel dat in ieder geval teruggaat naar de 16e eeuw, maar vermoedelijk nog ouder is.[2] Normaal gesproken bestaat een spel ganzenbord uit 63 vakken, en niet 64 zoals in deze versie. Veel voorkomende regels zijn het nogmaals gooien als je op bepaald vak komt, in dit spel ga je zes stappen verder als je op een 15, 30, 45 of 60 terecht komt. Soms moet je opnieuw beginnen of een beurt overslaan.

Bunkers


Nummers 15, 30, 45 en 60. Bron: Verzetsmuseum Amsterdam.
Vier van de vakjes op het ganzenbord betreffen bunkers. Het zijn de vakken waar je, als je er op terecht komt, zes stappen verder kunt. Nummer 15 en 30 lijken dezelfde soort luftschutzbunkers, een ronde constructie van beton met een aarde dak. Van dit type stonden er in ieder geval vijf op het terrein, vooral meer naar de achterkant, verder van de fabriek af en dieper het bos in.


Schutzbunkers op het terrein van de munitiefabriek. Bron: Orell Witthuhn.
Nummer 45 is een eenpersoonsbunker. Van een vorige bezoek aan Herzberg am Harz wisten we dat deze bij iemand in de voortuin stond. De bewoner vertelde dat deze bunker niet uit Herzberg kwam, maar van een paar dorpen verder op. Hij vond het een mooi ding en had het daarom in zijn voortuin gezet. Op één van de kaarten van het terrein van de munitiefabriek staat een einmannbunker bij de ingang aangegeven, vermoedelijk om de portier bescherming te bieden.


De Einmannbunker in Herzberg am Harz. Bron: Jeroen Koppes.

Einmannbunker op het terrein van de munitiefabriek. Bron: Orell Witthuhn.

Voormalige eenmansbunker in Herzberg. Bron: Bernd Voos.
Plaatje 60 was eveneens interessant; een öffentlicher luftschutzraum, een openbare schuilkelder, met de naam Hotel Hannover. Nu is er vandaag de dag geen hotel met de naam Hannover in Herzberg. Zou de naam een bijnaam zijn geweest voor een van de schuilkelders op het terrein? Zo genoemd vanwege de vele bombardementen op die stad?

De man met de einmannbunker in de voortuin kon ons vertellen dat er vroeger weldegelijk een Hotel Hannover was op de Marktplatz. Het is tegenwoordig een rokerscafé waar de kelder in de oorlog als schuilkelder was ingericht. Dus wij – zonder gasmasker en met gevaar voor eigen leven – naar het rokerscafé, hoe zeer we ook aandrongen, de eigenaar was er van overtuigd dat er geen kelder onder het pand zat.

Later hadden we een afspraak met de historische vereniging van Herzberg. Aldaar deed iemand ons uit de doeken dat Hotel Hannover niet op die plek zat, maar iets verder naar het westen, richting de hoek met de Reckengasse. Onder dat pand zat een kelder die in de oorlog als schuilkelder werd gebruikt.


Hotel Hannover op oude foto's. Bron: Bernd Voos.

Gezondheid


Nummers 22, 41, 52 en 58. Bron: Verzetsmuseum Amsterdam.
Dat het werken in de fabriek niet helemaal goed voor je gezondheid was bleek wel uit de volgende vakken. Nummer 22 was de gieterij, landde je daar op dan moest je wachten tot iemand er ook op terecht kwam, pas dan mocht je weer verder. Nummer 41 was Liebenau, gelijk aan de dood, waardoor je opnieuw moest beginnen. Op nummer 52 moest je terug naar nummer 8 en nummer 58 was “ziek, cyanose: 2x beurt overslaan”.

Liebenau was een Arbeitserziehungslager, een strafkamp voor dwangarbeiders die zich niet aan de regels hielden. Het wilde niet meteen betekenen dat je daar de dood vond, maar prettig was het er zeker niet. Van de studenten in de munitiefabriek is niet bekend dat één van hen naar een  Arbeitserziehungslager werd gestuurd. Carsten Thöne bijvoorbeeld werd naar een gevangenis gebracht. Harry Span werkte bij de Pleissner-fabriek in Herzberg am Harz. Hij deed een ontsnappingspoging en werd gepakt, hij belandde wel in een Arbeitserziehungslager. Echter niet in Liebenau maar in Hallendorf.[3]

Cyanose, of blauwzucht, heeft als kenmerk dat de huid blauw-paarsig wordt. Je kreeg het in de munitiefabriek van contact met de chemische stoffen. Jan Brölmann schreef er over dat je dan overgeplaatst werd om beter te worden: “De meesten der Gieterij en Erstarrung zijn blauw en werken elders in gezondere afdeling.”[4] Fons Crijns was een van de studenten die ziek werd, hij kreeg rode haren, geel oogwit en blauwe lippen en nagels.[5]

Het werk


Nummers 11, 17, 27 en 34. Bron: Verzetsmuseum Amsterdam.
Andere vakken op het ganzenbord geven ons een inkijkje in het werk dat de studenten in de fabriek deden. Het betreft de vakken 11; “Bom valt uit kar: betalen.”, 17; “Zingt onder het mijnen stapelen: lied zingen”, 27; “Bommen laden: 1x overslaan voor overwerk” en 34; “Stückerei: rijdt het kanaal in naar 35”.

Deze versie van het ganzenbord werkte ook met een pot, soms moest je betalen. Hoeveel precies is onduidelijk, maar landde je op vakje 55 dan werd er “loon” uit de pot betaald. Het interessante van nummer 17 is dat het ook het type mijnen aangeeft dat er gemaakt werd, de T.Mi.42; ofwel de  Tellermine 42. Dit was een Duitse antitankmijn met 5,5 kilo aan springstof.[6]

Nummer 11 en 34 laten vliegtuigbommen zien, die met karretjes over het fabrieksterrein werden vervoerd. Op 27 zien we een laadperron met bovenloopkraan, waarbij de gemaakte munitie in een gereedstaande goederenwagon geladen worden.

De Stückerei was de plek waar 250 kg vliegtuigbommen van nitraat werden voorzien, vervolgens verwarmd in het verwarmingskanaal (Klimakanal) en daarna verder gevuld in de gieterij (Giesserei).[7]


Stückerei, Klimakanal en Giesserei op het terrein van de munitiefabriek. Bron: Orell Witthuhn.

Epiloog

Carsten Thöne nam aan het eind van de oorlog zijn ganzenbord, of bunkerbord, mee naar huis. Carsten vertrok samen met Jacob du Buy[8] op 25 april 1945[9] uit het bevrijdde Herzberg te voet naar huis. Het ouderlijk huis van Carsten stond op de Rijperweg 13 in Bloemendaal[10], die van Jacob op de Vrijburglaan 29 in Overveen[11], op net iets meer dan een kilometer lopen. Op 5 mei kwamen ze bij de grens van Nederland aan, waarna ze de volgende dag in het Ontvangstcentrum Glanerbrug geregistreerd werden.[12]

In februari 1990 zocht Carsten zijn medestudent Jacob weer op. Vermoedelijk hadden ze al die jaren contact gehouden. Beide waren toen 69 jaar oud. Carsten gaf het ganzenbord aan Jacob, die het bewaarde. Na zijn dood is het archief van Jacob overgedragen aan het Verzetsmuseum in Amsterdam, waar het ganzenbord nog altijd in bewaring ligt.

Carsten overleed in 2015 op 95-jarige leeftijd, Jacob in 2001, 80 jaar oud.


Carsten Thöne en Jacob du Buy. Bron: Arolsen Archives.

Noten

  1. Carsten Wilhelm Thöne (Almelo, 17-04-1920 – Middelburg, 01-10-2015).
  2. Historiek.net, geraadpleegd op 23-04-2025.
  3. TracesOfWar.nl, geraadpleegd op 23-04-2025.
  4. TracesOfWar.nl, geraadpleegd op 23-04-2025.
  5. Bootsma, P., Pierre Lardinois, pagina 49.
  6. NMM.nl, geraadpleegd op 23-04-2025.
  7. Matwijow, K., Herzberg am Harz – Spurensuche 1933 – 1945, pagina 95.
  8. Jacob du Buy (Batavia, Nederlands-Indië, 09-10-1920 – Zwolle, 17-01-2001).
  9. TracesOfWar.nl, geraadpleegd op 23-04-2025.
  10. Arolsen Archives, 10000524, DocID: 76005278.
    Familie Thöne.
  11. Arolsen Archives, 10000524, DocID: 76005445.
  12. Collectie Verzetsmuseum Amsterdam, 18038 Archief van Jacob du Buy.

Informatie

Artikel door:
Jeroen Koppes
Geplaatst op:
02-05-2025
Feedback?
Stuur het in!

Gerelateerde thema's

Nieuws

Dasselse dwangarbeiders: Uslar (4/4)

12mei

Dasselse dwangarbeiders: Uslar (4/4)

Het is nu bijna drie jaar geleden dat ik de brieven van Gerard Schampers in handen kreeg. Een student in oorlogstijd, wonend in Helmond en studerend in Tilburg. In 1943 werd hij, met een groep andere studenten, naar Duitsland gestuurd. Eerst naar Herzberg am Harz, daarna naar Dassel. In juni en augustus 2023 bezocht ik Dassel al tweemaal. In oktober 2024 keerde ik samen met buurman Eric, voor een derde keer terug, waar we voor het eerst Herzberg am Harz aandeden. Nu, eind maart 2025, gaan we voor een vierde keer richting Dassel.

Eigenlijk heeft het niks te maken met de dwangarbeiders in Dassel Ook in Uslar, een plaatsje zo'n 20 kilometer ten zuiden van Dassel,  huisde een aantal student-dwangarbeiders gedurende een paar maanden van 1943. Dit was een andere groep dan in Dassel, deze mannen werden eerst in Braunschweig tewerkgesteld om in juli 1943 naar Uslar overgeplaatst te worden. Daar werkten ze drie maanden tot ze op 1 november 1943 werden doorgestuurd naar de munitiefabriek in Herzberg am Harz.[note]TracesOfwar.nl - Nederlandse studenten in een munitiefabriek.[/note]

In Uslar werkten deze studenten in de Ilse & Co. Möbelfabriken, waar ze munitiekistjes in elkaar timmerden. Jan Brölmann schreef er over: “We timmeren een kistje met studenten aan soort lopende band. We wisselen elkaar af om het eentonige te vermijden. ‘s-Avonds naar buiten de majestueuze natuur bewonderd. Heimwee naar huis.” Een aantal van deze zijn bewaard gebleven en nog te bezichtigen in het plaatselijke museum.

Inmiddels hadden we Dassel drie keer bezocht. Onderweg naar Dassel zie je Uslar al op de borden staan, we waren er echter nog niet geweest. We willen vooral kijken of we de plek kunnen vinden waar de studenten gewerkt hebben. Uit onderzoek vooraf bleek dat Ilse een nogal grote fabriek was, in de jaren '50 werkten er 2.800 mensen.[note]Ilse Technik - History.[/note] In Uslar werd er in ieder geval op drie verschillende plekken gewerkt, waarbij Werke I en II veruit de grootste waren.

Ilse & Co zelf is ondertussen aanzienlijk gekrompen en zit niet meer in de panden van weleer. Ze maken nu enkel nog tafeltjes voor caravans in een fabriek op het industrieterrein aan de rand van de stad. De grootste gebouwen van Werke I en II zijn nog duidelijk in het straatbeeld te herkennen.



In het museum van Uslar laat een maquette zien hoe Werke I er op z'n hoogtepunt uitzag. Het grote gebouw links staat er nog, maar het hoge gebouw in het midden is compleet verdwenen, net als alle laagbouw er omheen. De eigenaarsvilla vooraan is nog wel bewaard gebleven en in de hallen helemaal rechts op de foto zit tegenwoordig een supermarkt.


Waar de foto van de slaapzaal precies in de Ilse & Co complexen is genomen, weten we op dit moment nog niet. Werke I en II lijken in ieder geval af te vallen. De foto werd niet herkend door de huidige bewoners en de gebouwen lijken anders gebouwd. De foto zou dus in een van de gesloopte gebouwen gemaakt kunnen zijn.

Lees ook de andere delen in deze serie:
- Dasselse dwangarbeiders: Rondje vier (1/4)
- Dasselse dwangarbeiders: Op zoek naar meneer Sluis (2/4)
- Dasselse dwangarbeiders: Op zoek naar de familie Fischer (3/4)
- Dasselse dwangarbeiders: Uslar (4/4)

Lees meer

Een brief uit Herzberg

4jan

Een brief uit Herzberg

De PostNL-tracker geeft deze vrijdagmorgen aan dat de bezorger er tussen 08:15 uur en 10:45 uur zal zijn. Twee weken geleden gekocht op een veilingsite; met kerst en nieuwjaar duurde de bezorging allemaal wat langer. Ondertussen was het 11:15 uur, geen bezorger. De website was ondertussen veranderd naar 'uiterlijk om 22:00 uur'. Er zat niets anders op dan te wachten. Om iets voor drie kijk ik nogmaals. De tijd is weer aangepast, nu is hij er tussen 16:00 en 18:00 uur. Mooi, tijd om nog even boodschappen te doen. Ik trek de deur open en sta oog in oog met de bezorger. Blijkbaar was hij er toch weer wat eerder...

Ik krijg een klein envelopje in mijn handen gedrukt en na een mooie handtekening voor ontvangst kan ik mijn nieuwe aanwinst voorzichtig open maken. In de envelop zit een nog kleiner envelopje. Niet alleen zit er een postzegel van Adolf Hitler op, maar er staat ook in grote letters: “Bereitschaftslager Schloss der Fabrik Herzberg”. Het is een brief van een student aan een andere student, beiden verplicht in Duitsland tewerkgesteld. Het Lager is die van de munitiefabriek in Herzberg, waar ik al een tijd onderzoek naar doe. Deze brief op een veilingsite tegenkomen was dan ook een bijzonder moment. De brief in handen hebben nog meer.

Het is een brief van Bob Blonk[note]Nicolaas (Bob) Hendricus Marie Blonk (Veur, 10-11-1917 – Vught, 27-12-1995).[/note] aan zijn vriend Ton Verdenius[note]Anthonie (Ton) Gezinus Verdenius (Amsterdam, 21-10-1920 – Nijmegen, 14-03-1998).[/note]. Bob werkte in de munitiefabriek in Herzberg, Ton in een touwmakerij in Riemsloh. Bob en Ton leerden elkaar in januari 1940 kennen in een kazerne in Breda. Volgens de familie Verdenius schreven ze vaak naar elkaar, met raadsels, puzzels en schaakproblemen. Wat ze in deze brief schrijven hebben we nog niet helemaal kunnen ontcijferen. Hiervoor kunnen we uw hulp van harte gebruiken! Via onze website kunt u helpen met overtikken van deze brief, en vele anderen. De brief van Bob Blonk is hier te vinden:

Pagina 1
Pagina 2
Pagina 3
Pagina 4


Lees meer

Gerelateerde boeken

Pierre Lardinois

Bronnen

Met dank aan:

  • Familie Thöne.
  • Familie Brölmann.
  • Familie Crijns.
  • Familie Span.
  • Eric van den Bungelaar.
  • Lisa de Haas.
  • Herma de Vries.
  • Bernd Voos.
  • Orell Witthuhn.
  • Verzetsmuseum Amsterdam.