TracesOfWar heeft uw hulp nodig! Elke euro die u bijdraagt steunt enorm in het voortbestaan van deze website. Ga naar stiwot.nl en doneer!

Ofstie, Ralph Andrew

Geboortedatum:
16 november 1897 (Eau Claire/Wisconsin, Verenigde Staten)
Overlijdensdatum:
19 november 1956 (Maryland, Verenigde Staten)
Nationaliteit:
Amerikaanse (1776 - heden, Republiek)

Biografie

Dienstnummer 0-34703.

Voor zijn verdienste na de Tweede Wereldoorlog ontving Ralph Andrew Ofstie nog een derde LoM en twee maal de Navy Distinguished Service Medal.

Bevorderingen:
?: Mishipsman;
juni 1918: Ensign;
augustus 1918: Lieutenant (junior grade);
?: Lieutenant;
?: Lieutenant Commander;
?: Commander;
?: Captain;
augusuts 1944: Rear Admiral;
?: Vice Admiral.

Heeft u zelf meer informatie over deze persoon? Lever het aan!

Periode:
Tweede Wereldoorlog (1939-1945)
Rang:
Captain (Kapitein-ter-Zee)
Eenheid:
U.S.S. Essex (CV-9), U.S. Navy
Toegekend op:
14 mei 1944
Aanbeveling:
Wegens opvallende dapperheid en onverschrokkenheid in het kader van zijn beroep terwijl hij het bevel voerde over de U.S.S. Essex (CV-9) tijdens de aanval op de haven van Rabaul op 11 november 1943; voor de actie voor de bezetting van de Gilberteilanden tussen 18 en 26 november 1943 en voor de aanval op de Marshalleilanden van 4 december 1943. De gevechtsgroep waarvan de U.S.S. Essex het vlaggenschip was onderging vier zware en langdurige luchtaanvallen maar hij vocht zo vaardig met zijn schip dat hij ondanks de felheid en de kracht van de aanvallen zijn schip er zonder schade doorheen sleepte, ondertussen zware verliezen toebrengend aan de vijand. Met zijn moedige en intelligente leiding sleepte hij zijn schip er niet alleen onbeschadigd doorheen maar droeg ook aanzienlijk bij aan de verdediging van de hele gevechtsgroep. Zijn acties pasten binnen de hoogste tradities van de Amerikaanse Marine.

General Orders: Commander in Chief Pacific: Serial 01891 (May 14, 1944).
Silver Star Medal (SSM)
Periode:
Tweede Wereldoorlog (1939-1945)
Rang:
Captain (Kapitein-ter-Zee)
Toegekend op:
26 juni 1944
Aanbeveling:
Wegens uitzonderlijk waardevol optreden bij het verlenen van uitstekende diensten aan de regering van de Verenigde Staten als bevelvoerend officier van een vliegdekschip van de Amerikaanse Marine in actie tijdens de operaties bij Truk op de Carolineneilanden op 16 en 17 februari 1944; voor de gevechten tegen aanvallende vijandelijke vliegtuigen in de nacht van 21 op 22 februari 1944 en voor de daaraan volgende aanvallen op Japanse bases op Tinian, Saipan en Guam op de Marianeneilanden op 22 februari 1944. Gedurende deze operaties commandeerde Captain Ofstie zijn schip met moed en vaardigheid en voerde doelmatige luchtoperaties uit tegenover een vastberaden vijandelijke weerstand. Het uiteindelijke effect van deze eerste aanvallen op de binnenverdediging van de vijand kan pas in de toekomst op waarde worden geschat en dat zal zeker aanzienlijk zijn. Zijn dapperheid en grote professionaliteit hebben veel bijgedragen aan het succes van onze operaties en pasten binnen de hoogste tradities van de Amerikaanse Marine. (Captain Ofstie is gerechtigd tot het dragen van de Combat V.)

Ontvangen met "V" voor Valor.
General Orders: Commander in Chief Pacific: Serial 20767 (June 26, 1944).
Legion of Merit - US Military
Periode:
Tweede Wereldoorlog (1939-1945)
Rang:
Rear Admiral (Schout-bij-Nacht)
Eenheid:
CVE Carrier Task Force, U.S. Navy
Toegekend op:
27 november 1944
Legion of Merit - US Military
Aanbeveling:
Wegens uitzonderlijk waardevol optreden bij het verlenen van uitstekende diensten aan de regering van de Verenigde Staten als commandant van een CVE Carrier Task Group, ingezet ter ondersteuning van de amfibische aanval op de sterk verdedigde, door Japan bezette eilanden Peleliu en Anguar in september 1944. De Task Group onder bevel van Admiraal Ofstie had de moeilijke taak gekregen, onze troepen te beschermen tegen vliegtuigen en onderzeeboten; goed gecamoufleerde vijandelijke defensies op te sporen en te neutraliseren en tijdens de aanval de ondersteuning te handhaven door het vernietigen van vijandelijke posities en vliegtuigen. Al deze taken werden met opmerkelijke efficiëncy uitgevoerd en het volbrengen ervan droeg in hoge mate bij aan het succes van een operatie die van groot strategisch belang was voor ons offensief op dat strijdtoneel. De knappe leiding over de groep, de persoonlijke moed en de agressieve vechtlust van Admiraal Ofstie waren uitmuntend en de uitvoering van zijn plicht paste binnen de hoogste tradities van de Amerikaanse Marine. (Schout-bij-Nacht Ofstie is gerechtigd tot het dragen van de Combat V.)

Ontvangen met "V" voor Valor.
General Orders: Commander 3d Amphibious Force: Serial 00346 (November 27, 1944).
Tweede LoM ontvangen in de vorm van een gouden ster te dragen op het lint van de eerste LoM.

Periode:
Tweede Wereldoorlog (1939-1945)
Rang:
Rear Admiral (Schout-bij-Nacht)
Eenheid:
Escort Carrier Division Commander, Task Unit 77.4.32, U.S. Navy
Toegekend op:
11 februari 1945
Navy Cross
Aanbeveling:
Wegens uitzonderlijke heldenmoed en uitzonderlijke dienstuitoefening in het kader van zijn beroep van Carrieir Division Commander, Task Unit 77.4.32 in actie tegen belangrijke eenheden van de Japanse vloot voor het eiland Samar op de Filippijnen tijdens de slag om de Golf van Leyte op 25 oktober 1944.
In een treffen dat uniek is in de geschiedenis van de marine verdreef de kleine gevechtsgroep bestaande uit escort carriers en escorte schepen waarvan hij als Escort Carrier Division Commander onderbevelhebber was, een veel grotere vijandelijke strijdmacht die ernstig verlamd was door onze kanonnen, torpedo’s en vliegtuigen. Zijn gezonde oordeel en zijn tijdige adviezen waren van onschatbare waarde. Met zijn uitzonderlijke moed en onwankelbare vastberadenheid tegenover enorme moeilijkheden vormde hij een inspiratie voor de officieren en manschappen van zijn eenheid. Zijn optreden tijdens de hele actie paste binnen de hoogste tradities van de Marine van de Verenigde Staten.

General Orders: Commander 7th Fleet: Serial 0678 (February 11, 1945)
Periode:
Tweede Wereldoorlog (1939-1945)
Rang:
Rear Admiral (Schout-bij-Nacht)
Eenheid:
Carrier Division 26, U.S. Navy
Toegekend op:
1 mei 1945
Legion of Merit - US Military
Aanbeveling:
Wegens uitzonderlijk waardevol optreden bij het verlenen van uitstekende diensten aan de regering van de Verenigde Staten bij de twee tot nu toe grootste amfibische operaties in de zuidwestelijke Pacific. Hij deed prijzenswaardig dienst als Commander Carrier Division 26 gedurende de verovering van Leyte. Tussen 18 en 29 oktober 1944 leverden zijn troepen met anti-duikboot- en luchtpatrouilles bescherming voor de schepen die de invasie uitvoerden en voor de troepen aan land. In de slag bij Samar op 25 oktober brachten onder zijn commando staande vliegtuigen uitgebreide schade toe aan een Japanse gevechtsgroep. Tijdens de invasie van de Golf van Lingayen op 9 januari 1945, fungeerde Schout-bij-Nacht Ofstie als Commander Lingayen Attack Force Escort Unit. Ondanks zware vijandelijke luchtaanvallen op zijn eenheid beschermden zijn schepen en vliegtuigen onze gevechtsgroep zeer goed tijens de nadering en tijdens de aanval. Zijn advies en assisitentie bij het perfectioneren van de plannen voor deze enorme operatie waren van onschatbare waarde. De uitstekende uitvoering van plichten van Schout-bij-Nacht Ofstie paste binnen de hoogste tradities van de Amerikaanse Marine. (Schout-bij-Nacht Ofstie is gerechtigd tot het dragen van de Combat V.)

Ontvangen met "V" voor Valor.
General Orders: Commander 7th Fleet: Serial 01831 (May 1, 1945).
Derde LoM ontvangen in de vorm van een tweede gouden ster te dragen op het lint van de eerste LoM.
Periode:
Tweede Wereldoorlog (1939-1945)
Rang:
Rear Admiral (Schout-bij-Nacht)
Eenheid:
Chief of the Naval and Naval Air Branch, Military Studies Division, U.S. Strategic Bombing Survey, U.S. Navy
Aanbeveling:
Wegens uitzonderlijk waardevol optreden bij het verlenen van opmerkelijke diensten aan de Regering van de Verenigde Staten van Amerika van 18 augustus 1945 tot 15 april 1946. Als hoofd van de Naval and Naval Air Branch van de Military Studies Division van de United States Strategic Bombing Survey, als Senior Naval Member for Administration, en als lid van de Raad van militaire adviseurs was Schout-bij-Nacht Ofstie met zijn initiatief, vindingrijkheid en grote plichtsbesef verantwoordelijk voor veel van de successen van de missie. Hij legde contacten en verkreeg personeel en uitrusting zonder welke de dienst niet met succes had kunnen werken. Hij organiseerde en leidde zijn afdeling zo dat rapporten van onschatbare waarde voor de oorlog tegen Japan in een zeer korte tijd beschikbaar kwamen. Zijn hele afdeling is van grote waarde geweest voor de toekomstige planning van onze nationale verdediging. Zijn prestaties strekken hem en de strijdkrachten van de Verenigde Staten van Amerika tot de hoogste eer.

Third Gold Star in lieu
Legion of Merit - US Military
Periode:
Koreaanse Oorlog (1950-1953)
Rang:
Rear Admiral (Schout-bij-Nacht)
Eenheid:
Task Force 77, U.S. Navy
Toegekend op:
25 mei 1951
Distinguished Service Medal - Navy/USMC
Aanbeveling:
Wegens uitzonderlijke en opmerkelijke diensten, in een positie met grote verantwoordelijkheid verleend aan de Regering van de Verenigde Staten van Amerika als bevelhebber van een strijdgroep bestaande uit carriers en schepen ter ondersteuning en bescherming tijdens operaties tegen vijandelijke troepen in het gebied rond Korea van december 1950 tot en met april 1951. Schout-bij-Nacht Ofstie leidde op agressieve manier ondersteunende operaties tegen vijandelijke troepen en toonde kracht, vaardigheid en een vooruitziende blik als commandant van Task Force 77. Zijn onophoudelijke en onvermoeibare inspanningen vormden een belangrijke bijdrage aan de luchtbescherming die Task Force 77 bood aan U.S. Marines die zich in december 1950 terugtrokken uit het gebied rond Hamhung in Korea. Onder zijn inspirerende leiding resulteerden luchtaanvallen op vijandelijke bevoorradingscentra, spoor- en verkeersbruggen, verkeersknooppunten en verzamelgebieden in het lamleggen van het vijandelijk verkeer naar het front vanuit noordoost Korea. Schout-bij-Nacht Ofstie toonde ongewone vindingrijkheid bij het ontwikkelen van nieuwe technieken voor de luchtoorlog, aangepast aan de bijzondere vereisten van de Koreaanse campagne. Voor de eerste keer in de geschiedenis van de Amerikaanse marineluchtvaart werden straaljagers met bommen aan boord vanaf zijn vlaggenschip gelanceerd waarmee een nieuw wapen werd toegevoegd aan het arsenaal van de strijdgroep, luchttorpedo’s werden gelanceerd tegen doelen op binnenlandse wateren; er werden speciale methodes ontwikkeld voor het verwoesten van tunnels; procedures voor het beladen van vliegtuigen met munitie werden opgesteld; de kennis over directe luchtsteun aan troepen van de Verenigde Naties met gebruik van napalmbommen werd geperfectioneerd; teams die ’s nachts aanvielen, indringers in combinatie met aanvallen in de vroege ochtend en vliegtuigen, alles werd ingezet om de vijand voortdurend te hinderen. Schout-bij-Nacht Ofstie’s opmerkelijke diensten als bevelhebber van Task Force 77 pasten binnen de hoogste tradities van de Amerkaanse Marine.

Commander 7th Fleet: Serial 788
Periode:
Koreaanse Oorlog (1950-1953)
Rang:
Rear Admiral (Schout-bij-Nacht)
Eenheid:
Chief of Staff, Naval Forces Far East, U.S. Navy
Toegekend op:
3 mei 1952
Distinguished Service Medal - Navy/USMC
Aanbeveling:
Wegens uitzonderlijk waardevolle en opmerkelijke diensten in een positie met grote verantwoordelijkheid verleend aan de Regering van de Verenigde Staten van Amerika als chefstaf van de bevelhebber Naval Forces Far East tijdens operaties tegen vijandelijke troepen in het gebied rond Korea van 6 mei 1951 tot 12 mei 1952. Tijdens het grootste deel van deze periode kreeg Schout-bij-Nacht Ofstie grotere verantwoordelijkheden als resultaat van zijn bevordering van Commander Naval Forces Far East tot senior afgevaardigde van de commissie van de Verenigde Naties voor de onderhandelingen voor een wapenstilstand en zijn vervolgens langdurige afwezigheid op het hoofdkwartier in verband met deze onderhandelingen. Schout-bij-Nacht Ofstie’s grote kennis op het gebied van marine operaties en bestuur droeg aanzienlijk bij aan de efficiënte inzet van de Naval Forces Far East. Bovendien onderhield hij uitstekende betrekkingen met de Geallieerde strijdkrachten en regeringsinstanties en was zeer succesvol in het tonen van de enorme mogelijkheden en prestaties van Amerikaanse marine eenheden in het Verre Oosten aan het publiek. Zijn opmerkelijke professionele vaardigheden en leiderschap en zijn gewetensvolle plichtsbesef strekken hem tot grote eer en pasten binnen de hoogste tradities van de Amerikaanse Marine.

Commander Naval Forces, Far East: Desp. P100845Z (Gold Star in lieu)

Bronnen

Foto