Woonde in Utrecht, Trans 5. Zoon van Nicolaas Laseur (7 juli 1881 Utrecht) en Antje Maria Cornelia Leeflang (21 juni 1894 Utrecht). Ongehuwd. Volgde het Stedelijk Gymnasium in Utrecht. Student chemie aan de Utrechtse Universiteit.
Net als Hans Muus (1*) was hij medewerker van de illegale blad Ons Volk, den Vaderlant ghetrouwe en hielp hij bij het drukken van het Oranjebulletin. (2*) Bij de landelijke verspreiding van Ons Volk werkte twee medewerkers van het blad samen. Voor de bezorging van ongeveer 700 bladen in het Gooi vormde Piet Laseur met Wim Cornelis zo'n duo.
Frits Broeyer schetste hun werkwijze in het artikel 'Utrechtse studenten in de illegale pers': 'Alles diende zeer omzichtig te gebeuren. Laseur zette een koffer met kranten in het bagagenet van de trein naar Hilversum. Cornelis ging daar dan in de buurt zitten, terwijl Laseur ergens anders een plaats zocht. Als Laseur de kranten kwam ophalen, zou Cornelis in geval van controle zijn hoed afzetten. Dat waarschuwen met een hoed was ook bij de andere teams gebruikelijk.'
Het gedicht 'Hess', dat in de oorlog in de illegale pers de ronde deed, wordt door de samenstellers van de bloemlezing 'Nooit heb ik wat ons werd ontnomen zo bitter, bitter liefgehad (1995) aan Laseur toegeschreven. Het gedicht, dat was geïnspireerd door Hieronymus van Alphen, begon als volgt:
Hessje zag een vliegmachientje
Als een Messerschmidt zoo groot,
't Scheen dat Hessje wou gaan vliegen
Schoon zijn Führer 't hem verbood.
Op maandag 7 mei 1945 maakte Laseur deel uit van een twaalf man tellend arrestatieteam van de Binnenlandse Strijdkrachten onder leiding van Muus, dat in een vuurgevecht bij het Rosarium in Utrecht het onderspit dolf tegen een overmacht aan Duitsers.
Laseur was een van de tien teamleden, aan wie de schietpartij het leven kostte. Muus bezweek de volgende dag aan zijn verwondingen. Hun namen staan op monumenten aan de Prinses Marijkelaan in Utrecht en in Fort de Bilt. Zie verder Bode, Cornelis Aaldrik de.
(1*) Jan Philip Marius Muus (5 april 1919 Utrecht).
(2*) De spoorwegstaking had tot gevolg dat de (landelijke) verspreiding van Ons Volk zeer moeilijk werd. Daarom gingen de bij de krant betrokken Utrechters samen met andere illegale bladen een speciaal op de provincie Utrecht gericht Oranje-Bullletin uitgeven.
Begraven op 11 mei 1945 op de Derde Algemene Begraafplaats Tolsteeg in Utrecht, vak 33, grafnummer 3. Zijn graf ligt voor het Monument van de Binnenlandse Strijdkrachten op deze begraafplaats.
Heeft u zelf meer informatie over deze persoon? Lever het aan!