Ernest William Bradley was de zoon van Walter en Maude Bradley en groeide op in een groot gezin met meerdere broers en zussen. Zijn vader was een oorlogsgepensioneerde en lichamelijk gehandicapt, en Ernest droeg al op jonge leeftijd bij aan het huishouden. Hij verliet de school op 15-jarige leeftijd na het afronden van groep 9 om zijn gezin te onderhouden.
Hoewel Ernest geen vervolgopleiding volgde, volgde hij zes weken training in plaatbewerking en klinken aan de Canadian Car and Foundry School. Zijn beroepsverleden omvatte diverse laaggeschoolde banen, zoals:
- Arbeider in brugreparatieploegen
- Chauffeur bij Canadian Car and Foundry
- Rodman in landmeetploegen
- Schilder, assistent van zijn vader. Hij toonde ook interesse in automechanica en hoopte een vakopleiding in dat vakgebied te volgen.
Ernest nam op 17 november 1942 dienst bij het Canadese leger in Winnipeg, Manitoba. Hij kreeg regimentsnummer H103409 en sloot zich aan bij de Royal Winnipeg Rifles. Zijn militaire geschiktheidstests wezen op een bovengemiddeld leervermogen, mechanische aanleg en vaardigheid in rekenen en woordenschat. Hij werd omschreven als een keurige, betrouwbare man met leiderschapskwaliteiten en een opleiding tot onderofficier (N.C.O.).
Hij volgde een basisopleiding bij verschillende Canadese militaire faciliteiten, waaronder Portage la Prairie en Shilo, en kreeg toestemming om tijdens zijn diensttijd te trouwen.
Op 30 juni 1943 trouwde Ernest met Laura Martha McNabb in Kenora, Ontario. Het echtpaar kreeg geen kinderen. Ernest stond bekend om zijn atletische vermogen en zijn liefde voor buitenactiviteiten zoals hockey, skiën, kanoën en zwemmen. Hij las graag fictie en was sociaal actief, hoewel terughoudend in zijn houding.
Ernest werd in augustus 1943 naar het buitenland gestuurd en ging op 6 juni 1944 in Frankrijk van boord als onderdeel van de geallieerde invasie van Normandië. Tragisch genoeg werd hij op 8 juni 1944, slechts twee dagen na de landing, vermoord door soldaten van de Waffen-SS. Hij werd aanvankelijk als vermist opgegeven, maar werd later officieel dood verklaard.
Zijn weduwe ontving een foto van het graf en een bevestiging van de locatie.
Ernest liet een testament na, gedateerd 28 september 1943, waarin hij zijn volledige nalatenschap naliet aan zijn vrouw, Laura Martha Bradley. Zijn persoonlijke bezittingen omvatten foto's, lidmaatschapskaarten en krantenknipsels. De Canadese regering kende zijn weduwe een War Service Gratuity, campagnemedailles en een Memorial Cross toe (aan zowel haar als zijn moeder).
Heeft u zelf meer informatie over deze persoon? Lever het aan!