TracesOfWar heeft uw hulp nodig! Elke euro die u bijdraagt steunt enorm in het voortbestaan van deze website. Ga naar stiwot.nl en doneer!

Bunker BN-11, Grensstelling Lanaken

Bunker BN-11 is de laatste bunker in de sector Briegden-Neerharen.

Het is een van de grotere type's bunker en beschikt over twee geschutsopeningen en een opening voor een zoeklicht (geheel links). De bunker kon uitgerust worden met een 47 mm antitankkanon en een zware mitrailleur. Het was ook mogelijk de bunker met twee zware mitrailleurs uit te rusten.

Deze bunker was van hetzelfde type als de inmiddels gesloopte bunkers BN-5 en 8. Alle drie voorzien van een koepel. De bunker bestaat uit twee verdiepingen. Op de benedenverdieping was de opslag van munitie, de rustruimte voor de bemanning, de latrines en een ruimte waar de hulzen van het kanon in terecht kwamen door ze van boven door een gat naar beneden te laten vallen.

De bunker is door een groep vrijwilligers opgeknapt. In de linker geschutsopening is een replica van een kanon geplaatst. Ook is een originele lamellendeur in de toegang geplaatst. Deze deur is eigenlijk de binnendeur. Dit type bunkers beschikte over twee deuren. Een plaatstalen- of traliewerk buitendeur. De traliewerk-deur is verdwenen. De toegang tot de bunker zelf was een compartiment voorzien van twee deuren om de bemanning te beschermen tegen aanvallen vanaf de achterzijde. Als de deuren gesloten waren kon de vijand niet binnendringen.

Ook de koepel is een replica die veel kleiner is dan de echte koepel die van het type F.M. (Fusille Mitrailleuse) was. Voor een voorbeeld van de koepel die op deze bunker heeft gezeten zie de linie Neufchateau-Visé van La Position Fortifiée de Liège (P.F.L.) bunker NV-2 te Neufchateau. De koepel bevatte een lichte mitrailleur die vanuit de bunker bedient kon worden.

Echter als beide deuren gesloten waren had de bemanning bij het afschieten van de mitrailleur en het kanon een probleem met de ventilatie van rookgasssen. Deze kon nu veel moeilijker de bunker verlaten. Dat is ook de reden dat een van de deuren een lamellendeur was. Als de buitenste deur geopend was of indien die een traliedeur was, kon de bunker zichzelf ventileren van rookgassen die giftig waren voor de bemanning. Op het moment dat duidelijk was dat de vijand te dicht genaderd was, werden de deuren gesloten. Daarnaast beschikte de bunker ook over een handbediende ventilator. De ronde opening van ongeveer 45 cm zit aan de zijde van de deur, maar is dichtgemetseld.

De vierkante opening links van de deur was de nooduitgang.

Foto 4 toont een van de granaatgoten. Via deze goten die in een periscoopvorm in het beton waren gebouwd, konden de soldaten via een luik aan de binnenzijde een handgranaat naar buiten laten rollen om zo de vijand in een uiterste poging onschadelijk te maken. Daarna kon men proberen de bunker te verlaten en te ontsnappen. Zonder twijfel een moeilijk opgave. Immers als de vijand al zo dicht genaderd was en niet duidelijk was met hoeveel, dan was de kans neergeschoten te worden zeer groot. Ook naast de toegangsdeur, links beneden, is zo'n granaatgoot te zien, maar deze is dichtgemetseld. Foto 5.

De zijmuren van dit type bunker zijn 1,90 m. dik gewapend beton. De zijwanden zijn 1,30 m. en de achterzijde is 1 m dik. (men verwachten van die zijde geen aanval). Het dak was van 1.75 m. gewapend beton. De bunker was bestand tegen granaten van 150 mm. Geen enkele tank kon de bunker dus uitschakelen. Enkel met een zwaar veldkanon, een houwitser of een vlammenwerper kon de bunker uitgeschakeld worden.

Heeft u zelf meer informatie over deze locatie? Lever het aan!

Gebruikte bron(nen)

  • Tekst: Ed Lewandowski
  • Foto's: B. Valgaeren (1, 2), Ed Lewandowski (3, 4, 5)
  • Les fortifications belges au 10 mai 1940, F. Vernier
  • De bunkers van de grenssttelling langs de Limburgse kanalen 1934-1940, E. Janssen.