Technician 5th grade (T-5) Wilford Nolan Dixon, roepnaam “Rippy”, werd geboren op 10 april 1921 in vermoedelijk Tebbetts, Callaway County, Missouri, de Verenigde Staten van Amerika. Hij was het vierde kind van Leonard Dolcy Dixon en Hattie Lee Nolan Dixon. Rippy had twee oudere zussen en een ouder broer en drie jongere zussen. Zijn ouders hadden een ongelukkig huwelijk, vooral vanwege overmatig drankgebruik van vader Leonard. Zijn oudere zussen gingen al vroeg het huis uit, terwijl zijn oudere broer hetzelfde gedrag als zijn vader vertoonde. Moeder Hattie kreeg snel hulp van Rippy die na zijn lagere school eveneens voor het inkomen ging zorgen. Het gezin woonde toen in St. Charles, Missouri. Zijn moeder werkte lange dagen in de lokale schoenenfabriek en Rippy ging bij een boer werken in het op circa 150 km verder gelegen Auxvasse. Volgens nabestaanden had zijn latere keuze voor de paratroopers ook alles te maken met het goede salaris incl. $50,- per maand para-toelage. Hij was inmiddels de hoofdkostwinnaar geworden.
In 1942 vulde Rippy zijn draft registratieformulier in en trad hij in december van dat jaar in dienst. Daarna volgde zijn basis- en voortgezette infanterie opleiding en vervolgens waarschijnlijk zijn opleiding tot paratrooper. Rippy werd in mei 1943 naar Noord-Afrika verscheept, een maand later dan de eenheid waarbij hij naderhand werd geplaatst, de H Company, 504th Parachute Infantry Regiment (PIR), 82nd Airborne Division “All American”.
Het is niet zeker of Rippy al bij die eenheid zat tijdens operatie Husky, de landing op Sicilië, in juli 1943. Het is echter vrijwel zeker dat hij deelnam aan operatie Avalanche, de landing bij Salerno in september 1943. Hij nam daarna ook deel aan operatie Shingle, de landing bij Anzio in januari 1944, waar hij in februari gewond raakte. In totaal kreeg hij drie keer een Purple Heart onderscheiding, hij had namelijk uiteindelijk 2x een Oak Leaf Cluster (OLC). Omdat er geen aanwijzingen zijn dat hij bij de pathfinders was ingedeeld tijdens D-Day, was hij waarschijnlijk al in het najaar van 1943 tijdens de strijd een keer gewond geraakt en kreeg daarvoor zijn eerste Purple Heart toegekend. Exacte data hierover zijn echter niet beschikbaar.
Rippy verplaatste in april 1944, met zijn regiment, 504 PIR, vanuit Italië naar Engeland waar deze zich weer voegde bij de 82nd Airborne Division. Het regiment had echter te hoge personele verliezen geleden die niet tijdig konden worden aangevuld en zou daarom niet meedoen met de operatie Overlord, of te wel D-Day, in juni 1944. Het regiment moest in Engeland achterblijven om weer op sterkte te komen en zich voor te bereiden op de volgende actie. Rippy was inmiddels T-5 geworden en commandant van een 60 mm mortiersectie. Hij bereidde zich met zijn mannen voor op de volgende actie, operatie Market Garden.
Op 17 september 1944 nam Rippy deel aan de luchtlandingsoperatie in Nederland, de operatie Market Garden. Hij sprong op die dag met zijn eenheid bij Overasselt. Zijn regiment, 504 PIR, had de opdracht om na landing meteen de bruggen over de Maas en het Maas-Waal kanaal te veroveren. Het 3rd Battalion, met Rippy, moest de westflank beveiligen, terwijl het 2nd Battalion de brug van Grave en het 1st Battalion de bruggen over het Maas-Waalkanaal moesten veroveren. Dit lukte binnen 24 uur na de landing. In de middag van de 19 september werd het 3rd Battalion de divisiereserve van de 82nd Airborne Division. Rippy verplaatste met zijn collega mortieristen via brug nummer 7 (bij Heumen) naar de zuidelijke buitenwijken van Nijmegen. ’s Avonds sloegen ze hun kamp op in het Jonkerbosch. Die avond kreeg de commandant van het 3e bataljon, Major Julian Aaron Cook, van de commandant van 82nd Airborne Division, Generaal Gavin, de opdracht dat zijn bataljon de volgende dag met bootjes een rivieroversteek moest gaan maken. Het bataljon moest de noordelijke opritten van de twee bruggen over de Waal bij Nijmegen veroveren.
Rippy verplaatste zich, met zijn mortiersectie, in de ochtend van 20 september, naar zuidoever van de Waal ter hoogte van de Nijmeegse energiecentrale op het NYMA terrein. Zij moesten wachten op de canvas bootjes die vanuit een opslagplaats in België naar Nijmegen moesten worden getransporteerd. De eenheid van Rippy, de H Company, zou, met de bataljonsstaf en de I Company, in de eerste wave de Waal oversteken.
Op 20 september 1944 startte om 15.00u de actie met een inleidend bombardement en om 15:15u spurtten de mannen met hun bootjes naar de Waal om vervolgens de rivier over te roeien. De bootjes werden al snel door de Duitsers hevig beschoten met mortieren, machinegeweren (MG) en antiluchtdoelgeschut (FLAK). Rippy zat in hetzelfde bootje als 1Lt Megellas, Sergeant Haas, Private Zimmerman en mortierschutter Private John Schultz. Halverwege de rivier werd Rippy door het vijandelijke vuur in zijn hoofd getroffen en was op slag dood.
T-5 Wilford Nolan Dixon was 23 jaar toen hij op woensdagmiddag, 20 september 1944, sneuvelde op de Waal bij Nijmegen. Hij werd in eerste instantie begraven op de tijdelijke begraafplaats in Molenhoek bij Nijmegen. Daarna vond hij zijn laatste rustplaats op de Netherlands American Cemetery in Margraten, Nederland; hij ligt op sectie P, rij 8, graf 5.
Heeft u zelf meer informatie over deze persoon? Lever het aan!