TracesOfWar heeft uw hulp nodig! Elke euro die u bijdraagt steunt enorm in het voortbestaan van deze website. Ga naar stiwot.nl en doneer!

Verhalen van veteranen moeten doorverteld worden

Sinds 2001 houdt Frank van Lunteren zich bezig met de geschiedenis het 504th Parachute Infantry Regiment van de Amerikaanse 82nd Airborne Division. Deze eenheid streed onder andere tijdens operatie Market Garden en het Ardennenoffensief. De in Arnhem geboren en opgegroeide historicus publiceerde vier boeken over het regiment en een vijfde is op komst. Op 1 mei 2022 was het tachtig jaar geleden dat het 504th PIR werd opgericht. Redenen genoeg om Frank van Lunteren enkele vragen te stellen over zijn onderzoek naar deze eenheid.

Peleton van B Company op 17 september 1944 op Cottesmore Airfield, voordat ze die dag bij Overasselt zouden landen.


Je schreef verschillende succesvolle boeken over het 504th Parachute Infantry Regiment van de Amerikaanse 82nd Airborne Division, waaronder ‘Brothers in Arms’, ‘Blocking Kampfgruppe Peiper’ en ‘The Battle of the Bridges’. Wanneer en hoe kwam je voor het eerst in aanraking met de geschiedenis van dit regiment en wat fascineert je hieraan het meest?

In september 2000 ging ik in Nijmegen studeren en kwam in mei 2001 in contact met veteraan Fred Baldino van de A Company. Hij had de Waaloversteek meegemaakt en mijn vriendschap met hem leverde in oktober 2003, na een bezoek aan Baldino in California, het idee op voor een soort ‘Band of Brothers’, maar dan over A Company 504th PIR. Wat me fascineerde van Freds verhaal, en dat van 44 andere veteranen die ik opspoorde, is dat ze een veel langere periode aan de frontlinies zaten dan de bekende ‘Easy Company’. Ze maakten een ‘friendly fire’ incident mee bij de landing op Sicilië, ze verwierven hun nickname ‘Devils in Baggypants’ bij Anzio, ze leverden drie vrijwillige pathfinders voor D-Day, veroverden Fort Hof van Holland bij de Waaloversteek en verdienden als enkele rifle company in april 1945 bij Hitdorf-am-Rhein een Presidential Unit Citation. Een lijstje aan krijgsverrichtingen wat zeker dus niet mager afsteekt bij Brécourt Manor, Eindhoven, Nuenen, Crossroads, Operatie Pegasus I, Foy, Noville, Hagenau en Berchtesgaden.

Mijn voldoening in dit project was dat ik iets kon terugdoen voor de veteranen: namelijk contact met verloren gewaande kameraden na 58, 60 en uiteindelijk 62 jaar herstellen! Voor de kinderen van een aantal gesneuvelde parachutisten kon ik meer duidelijkheid geven over de dood van hun vader. Zo hoorde de dochter van luitenant Henry Dunavant in 2008 via mij voor het eerst van luitenant James Kiernan hoe haar vader was gesneuveld. Ze ontmoetten elkaar in maart 2017 in een reünie die ik had helpen organiseren in Fort Bragg.

Later dit jaar publiceer je een nieuw boek over het 504th PIR, getiteld ‘Birth of a Regiment’. Welke periode en gevechten bestrijkt deze publicatie? Dit deel van de geschiedenis speelt zich een stuk verder van huis af dan de locaties in je andere boeken. Leverde dat problemen op tijdens het schrijven?

Het boek ‘Birth of a Regiment’ beschrijft de oprichting van het 504th PIR op 1 mei 1942 en loopt door tot 1 oktober 1943. Daar pakt het eerder gepubliceerde ‘Spearhead of the Fifth Army’ het overlappend op tot aan het vertrek van het regiment in april 1944 vanaf Napels naar Liverpool. ‘The Battle of the Bridges’ is het middelste deel van de vijf boeken over het regiment en eindigt in november 1944. Het beschrijft in detail de acties tijdens Operatie Market Garden en in het bijzonder de Waaloversteek. ‘Blocking Kampfgruppe Peiper’ vervolgt vanaf november 1944 tot aan eind februari 1945 de gevechten in de Ardennen, waar ze de opmars van Kampfgruppe Peiper wisten te blokkeren en zelfs terugdrongen bij Cheneux en Monceau. Het vijfde boek, ‘End of an Odyssey’, zal in 2023 verschijnen en beëindigd de odyssee van het 504th PIR met de patrouilles over de Rijn van april 1945, de opmars naar de Elbe, bezettingstijd in Berlijn en als laatste de New York Victory Parade.

Zowel in 2006 met het interviewen van 45 A Company veteranen voor het in kleine oplage gedrukte ‘Brothers in Arms’, als later nog bijna 150 andere veteranen van het regiment, heb ik ze over hun hele periode bij het regiment bevraagd. Archiefonderzoek en opsporing en correspondentie met kinderen van tientallen officieren leverde ongepubliceerd materiaal op in de vorm van brieven, dagboeken, foto’s en memoires.

‘Birth of a Regiment’ is dus de prequel eigenlijk van mijn eerdere boeken, en bevat een ongekende schat aan nieuwe informatie over de oprichtingsperiode, training en de eerste twee gevechtsactie op Sicilië en bij Salerno. Het regiment leverde kaders voor het 501st, 505th, 506th, 507th, 511th en 513th Parachute Infantry Regiment. De drop op Sicilië is altijd vanuit het perspectief van het 505th beschreven, maar niet vanuit het 504de, waarbij ruim 100 para’s al krijgsgevangen werden gemaakt. Juist hun verhaal, zoals dat van Lieutenant Colonel Charles Kouns, komt nu voor het eerst naar buiten – in hun eigen woorden. Voor elke compagnie volg je als lezer hoe de landing op Sicilië plaatsvond, en lees je over ontsnappingen van diverse parachutisten uit krijgsgevangenschap.

De strijd in het bruggenhoofd van Salerno leverde het regimentsmotto ‘Strike and Hold’ op. Ook die operatie wordt in detail gevolgd. Topografische kaarten die ik in Italië bestelde, gecombineerd met foto’s, Google Earth, Duitse bronnen en oorlogskaarten gaven me genoeg een beeld van de strijd. Ongeveer 6000 Amerikanen dienden in de oorlog in het 504th PIR, waarvan er 644 omkwamen – dat is dus een ratio van 1 op 10. Als je ‘Birth of a Regiment’ en ‘Spearhead of the Fifth Army’ hebt gelezen, snap je wel waarom het regiment niet voor D-Day in Normandië werd ingezet. De verlieslijst telde toen al 390 gesneuvelden en ruim 200 krijgsgevangenen. Dat is dus een bataljonssterkte wat was weggevallen.

Hoe belangrijk is contact met veteranen voor jou tijdens het verrichten van onderzoek voor je boeken? Het aantal veteranen neemt elk jaar helaas verder af. Wat doet dit met jou en hoe herdenk je de reeds gestorven mannen met wie je in contact stond?

De erkenning van de inzet van de veteranen en hun gevallen kameraden is wat telt. Ik heb met mijn boeken beoogd om hen het verhaal te laten vertellen. Want daar komt mijn eigen interesse ook vandaan: de reconstructie van wat ze beleefd hebben op een manier proberen vast te leggen dat je als lezer je kan inleven – voor zover dat kan althans. Veteranen waren heel belangrijk om nog informatie te verkrijgen over gesneuvelden en vermiste parachutisten. Het wegvallen van ‘the Greatest Generation’ gaat steeds sneller. Overlijdensberichten raken me iedere keer weer: geen telefoontje of e-mail of ontmoeting meer. Soms schrijft dan een familielid een jaar of wat later dat ze in een van mijn boeken over opa of oom gelezen hebben en dan denk je met dankbaarheid terug dat een deel van het oorlogsverhaal van die veteraan is vastgelegd. Op 4 en 5 mei komen ze logischerwijs in gedachten. Ze vochten niet alleen voor onze vrijheid, maar deelden ook hun oorlogsherinneringen van de prijs voor die vrijheid. We mogen ze gewoon niet vergeten, maar moeten hun verhalen doorgeven.

Genisten van het 504th PIR ontmijnen een heuvel bij de Volturno Rivier, november 1943.


Je constateert dat nog altijd 38 leden van het 504th PIR vermist zijn. Heb je contact met hun nabestaanden en wat kun jij voor hen betekenen? Heb je hoop dat er ooit nog meer bekend gaat worden over deze vermisten en de locatie van hun stoffelijke resten?

De vermisten moeten in mijn ogen gevonden worden, maar wel door de officiële instanties. Niet door avonturiers met een metaaldetector die dat ‘eventjes’ willen gaan doen. Diverse voorvallen kwamen daarover in de Nederlandse media de afgelopen jaren en dat is heel schadelijk voor het echte zoekwerk. Archeologische sporen worden zo uitgewist en maken identificatie onmogelijk…

Eén militair verdronk in de Atlantische Oceaan, dus zijn lichaam vinden is erg onwaarschijnlijk. Voor de anderen is er zeker wel hoop. Diverse vermiste parachutisten van de Sicilië operatie zijn daar niet gesneuveld, maar krijgsgevangen gemaakt. In ‘Birth of a Regiment’ kan je lezen wat er met enkele van hen is gebeurd, en waarom ze niet werden geadministreerd als POWs. Ik hoop dat dit nieuwe boek voor het Amerikaanse DPAA een aanleiding zal zijn om, op basis ook van de ooggetuigenverslagen en bronnen in mijn boek, een aantal casussen te heropenen.

Op 1 mei was het tachtig jaar geleden dat het 504th PIR werd opgericht. Hoe stond jij hier op die dag bij stil?

Het was een zondag en op die dag stond ‘A Bridge Too Far’ gepland in de tv gids voor die avond op een Nederlandse zender. Was dat toeval? Of moest het zo zijn? Hoewel ik de film meer dan 25 keer heb gezien, heb ik de film opnieuw bekeken. De Waaloversteek scéne met Robert Redford blijft toch een mooie tribute aan het 504th PIR.

Operatie Market Garden heeft jouw bijzondere belangstelling. Op je website geef je aan dat de vraag waarom deze operatie mislukte je bezighoudt. Ben je hierover in de loop der jaren van mening veranderd en zo ja, hoe is dat zo gekomen?

Operatie Market Garden is in mijn ogen totaal geen brug te ver vanuit Britse kant bezien. Zo lagen er diverse geniecompagnieën in Nijmegen met aanvalsboten in september 1944 (ik heb de war diaries), maar in de literatuur wordt bijvoorbeeld gesteld dat er niet genoeg materiaal was om de Polen en de 4th Dorsets over te zetten. Dat klopt dus van geen kant. Interessant is ook dat de Guards Armoured Division totaal andere aanvalsplannen had dan de airborne troepen. Geen auteur heeft die ooit goed bestudeerd. Het grondleger had totaal andere doelen en tijdschema’s die in het geheel niet gedeeld zijn. Maar daarvoor moet je dus de diepere lagen onderzoeken.

De inlichtingendiensten van de geallieerden hebben gigantisch gefaald. Dat Arnhem een harde noot ging worden om te kraken hadden ze al in januari 1944 kunnen weten. Gemiste kansen waren er ook, want vooral de Arnhemse OD was klaar voor actie. Deze verzetsgroep beschikte ook over wapens, maar bij de fusie met de LKP en de RVV hielden ze die wijselijk achter. Ze hadden ook een radiozender, die ze op 5 september hebben getest op de zolder van het Rijkswaterstaatgebouw – notabene 12 dagen later het HQ van de 1st Parachute Brigade! Het verlies van Gerhard Wunderink (OD), de Arnhemse verzetsleider, was een enorme klap. Wunderink was een compagniescommandant geweest op de Grebbeberg en als reserve-officier voor alle verzetsgroepen een echte leider. Ook Piet Kruyff van de LKP was – hoewel hij hem maar één week kende als leider – na de oorlog lovend over Wunderink. Hij ligt begraven op Moscowa en zijn graf verdient denk ik nog wel een vermelding bij Traces of War. Ik ben bezig met een Nederlandstalig boek over de Slag om Arnhem vanuit de burger en de verzetsgroepen. Het begint eind augustus 1944 en loopt tot aan de vernietiging van de Rijnbrug in oktober.

Dat Operatie Market Garden gewonnen werd door de Duitsers is geen verrassing. Ze hadden de strategische waarde van Arnhem, Nijmegen en Eindhoven veel eerder goed ingeschat. Met name Hanns Albin Rauter heeft door positionering van diverse SS-eenheden (dus niet de pantserdivisies) op strategische locaties, gesteund door Kriegsmarine detachementen, vanaf begin september 1944 ingespeeld op een geallieerde opmars. Ook de IJssellinie (op papier al gepland) is daarvan een voorbeeld. Mussert. Rauter en Seys-Inquart regelden van alles om de verdediging qua diepte uit te bouwen.

De terreur tegen de burgerbevolking voor Operatie Market Garden is dan ook totaal onderbelicht in de literatuur. In Veghel werd doodleuk meegedeeld aan de bevolking na een treinsabotage dat als dat nog een keer voorkwam, 1 op de 10 mannen, 1 op de 50 vrouwen en 1 op de 100 kinderen zouden worden doodgeschoten of opgehangen in het centrum.

Ook de rol van de Nederlandse SS, die met twee bataljons bij Arnhem vocht (en niet pas vanaf 24 september, maar al vanaf 18 september) is ook onderbelicht. De Nederlandse SS-ers van Landstorm III (er sneuvelden diverse langs de Utrechtsestraat en op Lombok) vochten soms in hun eigen stad… Arnhem opgeven was voor Heeresgruppe B geen optie.

Hoe kijk jij als Tweede Wereldoorlog-onderzoeker naar de Russische inval in Oekraïne? Jij weet dankzij je contacten met veteranen en studie naar hun ervaringen wat oorlog doet met mensen. Denk je dat deze oorlog nog een rol gaat spelen bij de herdenkingen van Market Garden dit jaar?

De oorlog in Oekraïne kent, zoals vele oorlogen, wel herkenbare patronen met de Tweede Wereldoorlog. Zoals bijvoorbeeld het verhaal van de vluchtende burgerbevolking, waarbij je kan denken aan de gedwongen evacuaties van Arnhem, Renkum, Wageningen en andere plaatsen na de slag om Arnhem. De burgers zitten bij een oorlog tussen de strijdende partijen in en worden onbedoeld slachtoffer. Een familie in de Veronicastraat in Arnhem werd op 18 september 1944 dodelijk getroffen door Brits 75mm houwitservuur vanuit Oosterbeek. Dit geschut was uiteraard gericht was op de brug, maar diverse granaten (bij het inschieten ongetwijfeld) landden in de straten aan de zuidoostkant van de Rijnbrug.

Of de oorlog nog een rol gaat spelen bij herdenkingen is lastig voorspellen. Misschien dus wel bij de herdenking van de evacuatie van Arnhem.

Gebruikte bron(nen)

  • Bron: Frank van Lunteren / TracesOfWar
  • Gepubliceerd op: 06-05-2022 11:20:27