TracesOfWar heeft uw hulp nodig! Elke euro die u bijdraagt steunt enorm in het voortbestaan van deze website. Ga naar stiwot.nl en doneer!

Inleiding

6 juni 1944, een zeer belangrijke datum wanneer het over de bevrijding van Europa gaat. Op deze dag vond operatie Overlord plaats, de grootste amfibische landing uit de geschiedenis op het continent. Meer dan 130.000 soldaten, voornamelijk Britse, Amerikaanse en Canadese manschappen, zetten in Normandië voet op Franse bodem. Hun doel was het doorbreken van Hitler’s Atlantikwall. Het zou duizenden jonge mannen hun leven kosten, maar na operatie Overlord brokkelde het Derde Rijk steeds verder af. Het tij aan het westfront keerde definitief, in het voordeel van de geallieerden.

Definitielijst

geallieerden
Verzamelnaam voor de landen / strijdkrachten die vochten tegen Nazi-Duitsland, Italië en Japan gedurende WO 2.
operatie Overlord
De overkoepelende strategische planning voor de Geallieerde landing op de Normandische kust in juni 1944 t/m 90 dagen na D-Day.

Afbeeldingen

Amerikaanse troepen komen aan land op Utah Beach Bron: http://www.army.mil.

Planning en verdediging

Voor de bevoorrading van de gelande troepen was het noodzakelijk dat de geallieerden binnen afzienbare tijd een diepwaterhaven in handen zouden krijgen. Aan de voet van het schiereiland Cotentin lag zo’n haven, Cherbourg. Vandaar dat er in het Overlord-plan een landing op Utah Beach werd gepland. Utah was een zandstrand met een betonnen zeewering, waarachter met gras begroeide duinen lagen. Bij eb was het strand ongeveer 750 meter breed. Utah werd van de andere invasiestranden gescheiden door de dubbele riviermonding van de Douve en de Vire.

Het strand en het gebied landinwaarts werden verdedigd door troepen van de 709. en 352. Infanteriedivision. Deze eenheden bestonden voor een groot deel uit bataljons die waren samengesteld uit krijgsgevangenen van het Oostfront, die dienst in het Duitse leger hadden verkozen boven een krijgsgevangenenkamp. Ze stonden vaak wel onder leiding van fanatieke Duitse officieren. Een groot deel van het gebied achter het strand was door de Duitsers onder water gezet. De enige manier om door dit overstroomde gebied te komen was over de vijf dijkwegen. Deze werden door de Amerikanen aangewezen als ‘exits’, genummerd van zuid naar noord. Deze exits werden verdedigd door Widerstandsnesten, concentraties van onder andere kazematten, bunkers en mitrailleurnesten. Langs de kust en in het binnenland achter Utah Beach hadden de Duitsers zeven van deze Widerstandsnesten aangelegd. Het strand zelf was bezaaid met dicht op elkaar gepakte obstakels, zoals schuin in de grond geplaatste palen met mijnen, stalen egels, prikkeldraad en mijnenvelden.

De landingssector zou het gebied tussen Exit 3 en 4 omvatten, het strand bij Les Dunes de Varreville. Het werd door de geallieerde plannenmakers opgedeeld in de sectoren Uncle Red (links) en Tare Green (rechts). De soldaten van de Amerikaanse 4th ‘Ivy’ Infantry Division waren gekozen om het strand aan te vallen. Dit ondanks het feit dat de divisie getroffen was tijdens Exercise Tiger, een invasieoefening op 28 april 1944 waarbij Duitse E-boten verschillende schepen tot zinken hadden gebracht. Hierbij kwamen 749 Amerikaanse soldaten en zeelieden om het leven, waaronder manschappen van de 4th Infantry Division. De divisie had nog geen gevechtservaring opgedaan in de Tweede Wereldoorlog. Hierdoor was Utah Beach het enige strand dat werd aangevallen door een eenheid zonder ervaring. Major-General Raymond Barton was de bevelhebber van deze divisie. Brigadier-General Theodore Roosevelt Jr., de zoon van de gelijknamige oud-president, was als extra generaal aan de divisie toegevoegd, zonder vaste taakomschrijving.

De infanterie zou bij de landingen ondersteund worden door 36 Duplex Drive-tanks (DD-tanks) van het 70th Tank Battalion. De A en B compagnieën van het tankbataljon zouden het spits afbijten, ondersteund door vier compagnieën van het 8th Infantry Regiment, dat onder bevel stond van Colonel James Van Fleet (H-hour). De rest van het infanterieregiment zou volgen in de tweede golf (H+5 min.). In de derde (H+15) en vierde (H+17) golf zou het restant van het 70th Tank Battalion aan land gebracht worden, samen met tankdozers en geniesoldaten van de 237th en 299th Engineer Combat Battalions. Zij moesten de strandobstakels opruimen zodat de landing van de rest van de 4th Infantry Division plaats kon vinden. Het geplande tijdstip voor het begin van de landingen was vastgesteld op 06:30.

De landingen op het strand zouden ’s nachts voorafgegaan worden door luchtlandingen van de Amerikaanse 82nd en 101st Airborne Divisions. Laatstgenoemde divisie zou achter Utah Beach gedropt worden. Haar taak was om de dijkwegen die vanaf het strand landinwaarts liepen te veroveren zodat de eenheden die op Utah zouden landen het binnenland konden intrekken.

Twee uur voor het begin van de landingen op Utah Beach zou er al een kleine landing plaatsvinden op de Îles Saint-Marcouf, twee kleine onbewoonde eilanden die voor de kust van Utah Beach lagen. Volgens de geallieerden zouden de eilandjes als observatieposten gebruikt kunnen worden. Om te voorkomen dat de invasiemacht voor Utah hier zou worden opgemerkt, werden de eilandjes om 4:30 aangevallen door een 132 man sterk overvalteam van de 4th en 24th Squadrons van de 4th Cavalry Group. Ze stonden onder commando van Lieutenant-Colonel Edward Dunn. Enkel gewapend met messen zwommen deze soldaten naar de eilandjes toe. Ze bleken echter niet bezet door Duitse troepen.

Definitielijst

divisie
Bestond meestal uit tussen de een en vier Regimenten en maakte meestal deel uit van een Korps. In theorie bestond een Divisie uit 10.000 - 20.000 man.
geallieerden
Verzamelnaam voor de landen / strijdkrachten die vochten tegen Nazi-Duitsland, Italië en Japan gedurende WO 2.
infanterie
Het voetvolk van een leger (infanterist).
Regiment
Onderdeel van een divisie. Een divisie bestaat uit een aantal regimenten. Bij de landmacht van oudsher de benaming van de grootste organieke eenheid van één wapensoort.

Afbeeldingen

Overzicht van de landingsplaatsen op D-Day. Bron: Paul Boellaard, Go2War2.nl.
General Barton, bevelhebber van de 4th Infantry Division, in zijn jeep. Bron: U.S. Army Center for Military History.
Brigadier-General Theodore Roosevelt Jr. Bron: U.S. Army Center for Military History.
Ondermijnde Duitse strandversperring Bron: http://www.army.mil.

De landingen

De landingen van de DD-tanks en de infanterie werden voorafgegaan door kustbombardementen. De eerste beschieting van het strand vond plaats vanuit zee, uitgevoerd door kruisers van Force A om 05:50. Tien minuten later volgde een luchtbombardement door het 9th Bomber Command van de USAAF. Vlak voordat de landingen om 06:30 zouden beginnen werd het strand nogmaals onder vuur genomen, ditmaal door destroyers en landingsschepen die uitgerust waren met raketwerpers.

Ondertussen waren de landingsvaartuigen onderweg naar het strand. Echter, de aanvalsgolven stevenden op een ander stuk van Utah Beach af dan gepland. Hiervoor bestond een aantal oorzaken. De belangrijkste hiervan was het verlies van drie van de vier controlevaartuigen die de weg moesten wijzen voor de anderen. Twee daarvan waren op een mijn gevaren en gezonken, bij de derde was de schroef afgebroken. Zonder deze vaartuigen kon een combinatie van een zuidelijke wind, het snel opkomende en zuidelijk stromende Atlantische tij en slecht zicht als gevolg van rookontwikkeling ervoor zorgen dat de invasiemacht voor Utah Beach zuidelijker terecht kwam, variërend van één tot anderhalve kilometer. Het verlies van de controlevaartuigen had de nodige verwarring teweeggebracht. Gezagvoerders van andere landingsvaartuigen bleven rondjes varen, wachtend op nieuwe aanwijzingen. Deze kwamen vervolgens van Lieutenant Howard Vander Beek, die besloot de leiding op zich te nemen. Hij beval de andere vaartuigen met behulp van een megafoon om hem te volgen naar het strand.

De DD-tanks zouden het strand als eersten moeten bereiken, gevolgd door vier compagnieën van het 8th Infantry Regiment. De tanks hadden echter de grootste moeite met de hoge golven en kwamen maar moeilijk vooruit. Ondanks dat ze al twee kilometer dichterbij de kust te water waren gelaten – een poging om de verloren tijd in te halen – werden ze nog voor de kust voorbijgevaren door de eerste golf met infanterie. Veel van deze landingsvaartuigen liepen al ver voor de waterlijn op zandbanken als gevolg van het ondiepe water rond Exit 2. Dit was ook de reden geweest dat de landingen oorspronkelijk bij de zwaarder versterkte Exit 3 waren gepland. Ook het vaartuig waarin Lieutenant Rebarcheck zat liep vast. De stuurman wilde de infanterie hier al afzetten. Rebarcheck schreeuwde hem toe: “Je laat die mannen niet verdrinken! Probeer het nog maar een keer!” Net als veel andere vaartuigen liepen ze echter wederom op een zandbank. Veel soldaten moesten op ongeveer 200 meter van de waterlijn hun schepen al verlaten. Dit betekende dat zij een aanzienlijk stuk door het water moesten waden, alvorens ze het strand zouden bereiken. Dit moest dus ook nog eens zonder de hulp van de tanks.

De Amerikanen hadden het geluk dat de bombardementen voor de landingen op Utah Beach een stuk effectiever waren geweest dan bijvoorbeeld op Omaha Beach. De Duitse versterkingen, die in aantal bij Exit 2 al een stuk minder waren, hadden hier flink wat schade opgelopen. De Duitse soldaten waren uit hun stellingen gedreven en konden de Amerikanen in veel gevallen slechts met hun handwapens en lichte machinegeweren de weg naar de zeewering beletten. “Wij waren zo ongeveer het eerste schip dat aankwam en het vijandelijk vuur was licht”, aldus Private Calvin Grose. De soldaten van de 4th Infantry Division staken de zeewering over en vielen de Duitse posities in de duinen aan. “Wat we daar te zien kregen zag er heel anders uit dan wat ze ons in Engeland hadden getoond met zandtafels en maquettes.” (Captain Howard Lees). Ondertussen was de rest van het 8th Infantry Regiment, met de bevelhebber Van Fleet, aan land gekomen met de tweede golf.

Rond 06:45 kwamen de eerste DD-tanks aan land, samen met de twee landingsgolven met geniesoldaten en tankdozers. Zij begonnen mijnen en obstakels te ruimen. De tanks waren een welkome versterking, aangezien de Duitsers beseften wat er gaande was en het bruggenhoofd begonnen te bestoken met 88mm-geschut. Ondertussen hadden Van Fleet en Roosevelt elkaar gevonden op het strand en zij stonden voor een lastige beslissing. Zouden ze de rest van de divisie alsnog naar het juiste strand laten sturen of moesten ze het zojuist veroverde bruggenhoofd gebruiken? Roosevelt zou toen de beroemde uitspraak hebben gedaan: “Dan beginnen we de oorlog hier!” De Amerikanen richtten zich op de verovering van Exit 1 en 2.

Versterkingen begonnen in de loop van de ochtend aan land te komen. Ongeveer drie uur na de eerste landingen waren er al zes bataljons geland. Uit de tanks die het strand bereikt hadden waren twee eskadrons geformeerd, die beide een kant op gingen om de infanterie te ondersteunen bij het zuiveren van de kuststrook en hun opmars naar het binnenland. Het 2e bataljon van het 8th Infantry Regiment was linksaf gegaan en had Widerstandsnest 2 weten te zuiveren. Daarna had het Pouppeville veroverd en was het opgerukt naar St. Marie-du-Mont. Nog voor het middaguur werd er contact gemaakt met eenheden van de 101st Airborne Division. Exit 1 was hiermee in Amerikaanse handen gekomen. Het 3e bataljon was landinwaarts getrokken, had Houdienville veroverd en had bij Les Forges contact gemaakt met het 2e bataljon. Het 1e en 2e bataljon van het 22nd Infantry Regiment waren op de rechterflank het binnenland ingetrokken. Zij waren aan het einde van de dag tien kilometer ver opgerukt, tot aan het dorp St. Germain-de-Varreville. Het 3e bataljon van dit regiment was na de landing naar rechts afgebogen om de kuststrook te zuiveren. Hierbij waren ze op vier Widerstandsneste gestuit, die ze alle vier hadden uitgeschakeld. Deze snelle landinwaarste opmars was voor een deel ook te danken aan de uitstekende ondersteuning van de oorlogsschepen voor de kust bij Utah Beach. Wanneer de lichtbewapende infanteristen op Duitse stellingen stuitten vroegen waarnemers van de marine (de Shore Fire Control Parties) ondersteuningsvuur van de schepen aan.

Aan het einde van de dag waren er 23.250 Amerikaanse manschappen aan land gegaan. Ook waren er 1.700 voertuigen op het strand aangekomen, maar men kampte met verkeersopstoppingen op de wegen naar het binnenland. “Halverwege de middag was het strand veranderd van een stuk zand vol obstakels in een levendig stadje. Duidelijk was dat onze eenheden hun werk goed gedaan hadden”, aldus Sergeant Wakefield. De landingen op Utah Beach hadden aan 197 Amerikanen het leven gekost, het kleinste aantal slachtoffers van alle invasiestranden.

De 4th Infantry Division had hierna een stevig bruggenhoofd gevestigd, dat vrijwel voldeed aan de voor D-Day geformuleerde doelen voor de divisie. Dit alles terwijl de landingen volledig anders waren verlopen dan vooraf gepland. Dat de landingen alsnog een succes waren geworden had meerdere oorzaken. Allereerst waren de aanvalstroepen op een minder sterk verdedigd strand geland, waardoor zij niet op de sterke Duitse positie bij Les Dunes de Varreville waren gestuit. Daarnaast was het luchtbombardement op Utah Beach veel effectiever geweest, Het had de Duitse versterkingen op veel plaatsen flink beschadigd, in tegenstelling tot de versterkingen op Omaha Beach. Bovendien was ook het scheepsbombardement een stuk effectiever. Ook kwamen er op Utah Beach veel meer DD-tanks aan land dan bijvoorbeeld op Omaha Beach, waar er veel gezonken waren in de hoge golven. De keuze om de tanks dichter bij het strand te ontschepen was een juiste geweest. Toen bleek dat de manschappen op een volledig ander strand waren geland dan gepland namen Roosevelt en Van Fleet de juiste beslissing door op die plek de invasie voort te zetten. Dan waren er ook nog de luchtlandingstroepen die in het binnenland voor veel onrust bij de Duitse troepen hadden gezorgd en enkele belangrijke doelen in hadden genomen.

Definitielijst

Bomber Command
Onderdeel van de RAF dat zich met strategische en soms tactische bombardementen (zoals in Normandië) bezighield.
bruggenhoofd
Een aan de andere kant van een (natuurlijk)opstakel veroverd stuk land waaruit de aanvaller zijn aanval verder kan voorzetten.
D-Day
De dag dat de invasie van West-Europa plaatsvond op 6 juni 1944. Na een lange misleidingsoperatie vielen de geallieerden op vijf plaatsen op de Normandische kust de stranden binnen om zo hun opmars naar Nazi-Duitsland te beginnen. Hoewel D-Day vaak als Decision Day wordt gezien, is dit niet geheel correct. De D staat in dit geval gewoon voor Day, in het militaire jargon wordt namelijk gesproken van een operatie op Dag D, beginnend op Uur U.
divisie
Bestond meestal uit tussen de een en vier Regimenten en maakte meestal deel uit van een Korps. In theorie bestond een Divisie uit 10.000 - 20.000 man.
infanterie
Het voetvolk van een leger (infanterist).
invasie
Gewapende inval.
Regiment
Onderdeel van een divisie. Een divisie bestaat uit een aantal regimenten. Bij de landmacht van oudsher de benaming van de grootste organieke eenheid van één wapensoort.

Afbeeldingen

Landingsvaartuigen op weg naar Utah Beach Bron: http://www.dday-overlord.com.
Soldaten van de 4th Infantry Division steken de zeewering over Bron: http://www.army.mil.
DD-tanks op Utah Beach Bron: http://www.army.mil.
Hospikken verzorgen een gewonde op het strand Bron: http://www.army.mil.

Na de landingen

De nacht volgend op D-Day en 7 juni stonden vooral in het teken van het veiligstellen van het bruggenhoofd bij Utah Beach. Verspreid door het door de Amerikanen veroverde gebied bevonden zich nog Duitse eenheden, die de aanvoer- en communicatielijnen zouden bedreigen bij een eventuele opmars. Deze eenheden moesten eerst worden uitgeschakeld. Daarnaast werd het bruggenhoofd nog bedreigd door Duitse versterkingen in het noorden, in het gebied waar de 4th Infantry Division eigenlijk had moeten landen. Ook moest er contact worden gemaakt met de luchtlandingstroepen in Ste-Mère-Eglise, voornamelijk soldaten van de 82nd Airborne Division.

Het 8th Infantry Regiment kreeg de taak om een grote Duitse troepenmacht aan te vallen die zich tussen Ste-Mère-Eglise en de op het strand gelande Amerikanen bevond. Hierna moest het contact maken met de luchtlandingstroepen en de situatie aldaar veiligstellen. De parachutisten in Ste-Mère-Eglise, onder bevel van General Matthew Ridgway, stonden namelijk onder grote druk van Duitse tegenaanvallen op het stadje. Ze hadden dringend behoefte aan versterkingen. Ridgway had iemand van zijn staf erop uit gestuurd om contact te maken met de 4th Infantry Division en hen hierop te attenderen. In de vroege ochtend van 7 juni begon het 8th Infantry Regiment aan zijn opmars, waarbij het af moest rekenen met Duitse troepen op de heuvelrug tussen Fauville en Turqueville. Het eerste bataljon viel Turqueville aan, dat werd verdedigd door een Georgische eenheid. De gevechten duurden de hele morgen en hierbij werd Sergeant John Svonchek gevangen genomen. Hij sprak Russisch en wist uiteindelijk de tegenstanders tot overgave over te halen. Het tweede en derde bataljon vielen respectievelijk Ecoqueneauville en Fauville aan. De bataljons beleefden hier één van hun heftigste gevechten van hun campagne in Normandië. Uiteindelijk wist het tweede bataljon na een omtrekkende beweging Ste-Mère-Eglise te bereiken.

Na bijna twee dagen kon General Ridgway nu het sein ‘onder controle’ geven. Ook doordat in de middag van 7 juni tanks van het 746th Tank Battalion naar Ste-Mère-Eglise waren doorgebroken. Deze waren in reserve bij Reuville, maar korpscommandant General Joseph Collins had ze richting het stadje gestuurd toen hij hoorde dat er dringend versterkingen nodig waren. De luchtlandingstroepen kregen ook versterking van het 325th Glider Infantry Regiment, dat die ochtend geland was. De eerste golf van zweefvliegtuigen had een ruwe landing gehad, omdat de landingzone werd beschoten door de Duitsers.

De twee andere regimenten van de 4th Infantry Division, het 12e en 22e, kregen op 7 juni de opdracht in noordelijke richting op te rukken. Zij moesten gebied en doelen veroveren die in het oorspronkelijke plan waren opgenomen, aangezien de divisie op 6 juni noordelijker aan land had moeten gaan. Het 12th Infantry Regiment moest richting het noordwesten oprukken en de hogergelegen grond rond het plaatsje Montebourg veroveren. Onder leiding van het eerste bataljon vorderde de opmars gestaag, maar deze liep vast toen het bataljon de buitenrand van Neuville-au-Plain bereikte. Met behulp van het tweede en derde bataljon werd Neuville-au-Plain later die middag alsnog ingenomen. De troepen trokken verder richting Montebourg, maar niet veel verder werd de opmars afgebroken voor de nacht.

Het 22nd Infantry Regiment had een zware taak toebedeeld gekregen. Het moest rechts van het 12th Infantry Regiment oprukken en moest hierbij zowel twee zwaar verdedigde batterijen artillerie als de kustversterkingen uitschakelen. Het derde bataljon nam deze laatste taak voor zijn rekening. Tijdens de opmars werd het bataljon door de inundaties achter de kuststrook afgesneden van de rest van het regiment. Het doel waren de fortificaties tussen les Dunes de Varreville and Quinéville. Deze Duitse versterkingen konden Utah Beach onder vuur nemen en zo de aanvoer van versterkingen belemmeren. De Amerikaanse schepen voor de kust beschoten de versterkingen steeds eerst, waarna een aanval van tanks en infanterie vanaf de achterkant volgde. Op deze manier werden drie versterkingen veroverd en rukten de troepen op tot voorbij Exit 3. Hierna werd het bataljon aangewezen als regimentsreserve.

De andere twee bataljons van het 22nd Infantry Regiment moesten de zwaar verdedigde batterijen bij Azeville en St.-Marcouf (de batterij van Crisbecq) aanvallen. De batterij van Crisbecq had geschut van het kaliber 210mm, de batterij van Azeville van 150mm. De kanonnen waren ondergebracht in bunkers met ondergrondse opslagruimtes voor de munitie. Deze waren onderling verbonden door loopgraven. De batterijen werden verdedigd tegen aanvallen door luchtdoelkanonnen, mitrailleurtobruks (eenmansbunkertjes), prikkeldraadversperringen en mijnenvelden. Zowel Utah Beach als de invasievloot lagen binnen het bereik van dit geschut. Zo was op D-Day de torpedobootjager USS Corry tot zinken gebracht en waren enkele andere schepen beschadigd. Het eerste bataljon moest de batterij van Crisbecq aanvallen, terwijl het tweede bataljon de batterij bij Azeville zou proberen te veroveren. De bataljons probeerden urenlang de Duitse verdediging te slechten, echter zonder resultaat. Aan het einde van de middag zorgde artilleriebeschietingen en een tegenaanval er zelfs voor dat de bataljons uiteengeslagen werden en zich moesten terugtrekken naar hun startposities. De batterij in Azeville zou uiteindelijk pas op 9 juni worden veroverd. De batterij van Crisbecq hield het zelfs tot 12 juni uit, waarna zij werd ingenomen door troepen van het 39th Infantry Regiment, 9th Infantry Division.

Aan het einde van 7 juni hadden de Amerikanen op Utah Beach een dermate groot en stevig bruggenhoofd weten te vestigen dat er nu gesproken kon worden van een geslaagde landing. Dit ondanks het feit dat de originele plannen niet waren uitgevoerd. De Duitsers waren niet in staat gebleken kort na de landingen een grootschalige tegenaanval te doen op de Amerikaanse troepen. Het was nu zaak voor de Amerikanen om snel meer troepen aan land te krijgen om het bruggenhoofd verder te kunnen uitbreiden en in de richting van Cherbourg op te kunnen rukken.

Definitielijst

artillerie
Verzamelnaam voor krijgswerktuigen waarmee men projectielen afschiet. De moderne term artillerie duidt in het algemeen geschut aan, waarvan de schootsafstanden en kalibers boven bepaalde grenzen vallen. Met artillerie duidt men ook een legeronderdeel aan dat zich voornamelijk van geschut bedient.
bruggenhoofd
Een aan de andere kant van een (natuurlijk)opstakel veroverd stuk land waaruit de aanvaller zijn aanval verder kan voorzetten.
D-Day
De dag dat de invasie van West-Europa plaatsvond op 6 juni 1944. Na een lange misleidingsoperatie vielen de geallieerden op vijf plaatsen op de Normandische kust de stranden binnen om zo hun opmars naar Nazi-Duitsland te beginnen. Hoewel D-Day vaak als Decision Day wordt gezien, is dit niet geheel correct. De D staat in dit geval gewoon voor Day, in het militaire jargon wordt namelijk gesproken van een operatie op Dag D, beginnend op Uur U.
divisie
Bestond meestal uit tussen de een en vier Regimenten en maakte meestal deel uit van een Korps. In theorie bestond een Divisie uit 10.000 - 20.000 man.
infanterie
Het voetvolk van een leger (infanterist).
kaliber
De inwendige diameter van de loop van een stuk geschut, gemeten bij de monding. De lengte van de loop wordt vaak aangegeven in het aantal kalibers. Zo is bv de loop van het kanon 15/24 24 ×15 cm lang.
Regiment
Onderdeel van een divisie. Een divisie bestaat uit een aantal regimenten. Bij de landmacht van oudsher de benaming van de grootste organieke eenheid van één wapensoort.
torpedobootjager
(Engels=destroyer) Zeer lichtgebouwd, snel en wendbaar oorlogsschip, bestemd om door verrassingsaanvallen grote vijandelijke schepen met de torpedo tot zinken te brengen.

Afbeeldingen

Duitse krijgsgevangenen op Utah Beach Bron: http://www.army.mil.
Versterkingen gaan aan land op 8 juni via Utah Beach Bron: http://www.army.mil.
Amerikaanse troepen trekken het binnenland in vanaf Utah Beach Bron: http://www.dday-overlord.com.

Gerelateerde bezienswaardigheden