Deze Orde werd op 9 november 1886 door Koningin Victoria ingesteld als beloning voor personen die zich in oorlogstijd verdienstelijk hebben gemaakt of zich op andere wijze onderscheiden hebben. Dit is een militaire onderscheiding, uitsluitend bestemd voor officieren en waar die normaliter wordt verleend voor prestaties onder vuur of onder omstandigheden die daarmee overeenkomen, werd deze tussen 1914 en 1916 verleend in omstandigheden die niet konden worden gekenmerkt als onder vuur.
Na 1 januari 1917 kregen commandanten te velde instructie uitsluitend diegenen voor te dragen die werkelijk onder vuur hadden gelegen. Veel DSO's werden uitgereikt aan squadron commandanten voor een lange periode van leiderschap maar soms werd hij uitgereikt aan onderofficieren voor slechts één operatie.
Voor 1943 kon de Orde alleen worden uitgereikt aan iemand die in een dagorder was vermeld (mentioned in despatches). In het algemeen wordt de onderscheiding uitgereikt aan bevelvoerende officieren in de rang van Luitenant-kolonel of hoger. Wordt hij aan lagere officieren uitgereikt dan is dit wegens grote dapperheid die nog net geen Victoria Cross rechtvaardigt. Het Koninklijk Besluit van deze Orde werd op 9 november 1886 in de Londense Gazet gepubliceerd.
Wanneer een drager van een DSO een prestatie verricht die een DSO rechtvaardigt wordt een gesp uitgereikt. De gesp is van goud met in het midden een keizerskroon. Het jaar van uitreiking wordt in de achterzijde van de gesp gegraveerd.
De medaille is een goudkleurig kruis met aan de voorzijde binnen een groen geëmailleerde lauwerkrans een keizerskroon in goud op een rood geëmailleerde ondergrond. Op de achterzijde, binnen een groen geëmailleerde lauwerkrans staat het Koninklijk monogram in goud op een rood geëmailleerde ondergrond.
Het lint is 28 mm breed, rood van kleur met smalle verticale strepen aan de randen.
In dagelijks uniform wordt een rozet gedragen die aangeeft dat men een gesp bezit. De onderscheiding wordt naamloos uitgereikt maar sommige dragers hebben hun naam in de achterzijde van de medaille laten graveren of in de balk waar hij aan hangt.
Tot aan 1983 zijn er 1291 DSO's uitgereikt, waaronder 113 eerste en 18 tweede gespen.